Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De
Rijksdag
(
Zweeds
:
Riksdag
) is het
parlement
van
Zweden
. Het bestaat uit een kamer met 349 zetels, waarvoor eens in de vier jaar verkiezingen worden gehouden. Het parlementsgebouw staat op het eiland
Helgeandsholmen
in
Stockholm
. Voorzitter van de Rijksdag is sinds 24 september 2018
Andreas Norlen
(
M
).
De Rijksdag bestaat sinds 1971 uit
een kamer
. Voordien bestond er een hogerhuis (
Forsta kammaren
, letterlijk: eerste kamer) en een lagerhuis (
Andra kammaren
, letterlijk: tweede kamer). Sinds 1976 telt de Rijksdag 349 leden. 310 van hen worden gekozen in 29 districten, waarna er uiteraard een "minder proportionele verdeling" kan optreden. Om dat effect tegen te gaan worden de overgebleven 39 zetels volgens nationale proporties (zoals in Nederland met alle 150 gebeurt) verdeeld. Voor kleine partijen is er echter een
drempel
: men moet ten minste 4% van de totale stemmen hebben als partij om in aanmerking te komen voor de 39 proportioneel verdeelde zetels. Ook kan men sinds 1998 makkelijker
voorkeurstemmen
uitbrengen. Men wordt met voorkeurstemmen gekozen als men ten minste 8% van het totale aantal stemmen behaalt dat de partij in totaliteit behaalde. 26% van de Zweedse kiezers bracht in 2002 een voorkeurstem uit, en uiteindelijk kwamen daardoor 10 van de 349 leden met voorkeurstemmen in de Rijksdag.
[1]
Verkiezingen voor de Rijksdag vinden iedere vier jaar plaats. Na elke verkiezingen volgen onderhandelingen voor de formatie van een nieuwe regering en wordt door de voorzitter van het parlement een kandidaat-premier voorgedragen, waarover het parlement vervolgens mag stemmen. Wanneer een beoogde premierskandidaat tot viermaal toe geen parlementaire meerderheid achter zich krijgt, worden nieuwe verkiezingen uitgeschreven.
In Zweden is de opdeling tussen links en rechts erg belangrijk, zoals in veel andere Europese landen. Traditioneel werpen vooral
de sociaaldemocraten
(
Socialdemokraterna
) en de centrumrechtse
Moderata samlingspartiet
zich op als leiders van hun respectievelijke blok. Deze partijen leverden (met uitzondering van de jaren 1976?1982) ook vrijwel altijd de
premier
. In de praktijk wordt Zweden vaak geregeerd door een
minderheidsregering
, met
gedoogsteun
van andere partijen in het parlement.
De zetelverdeling in de Rijksdag is sinds de
parlementsverkiezingen van 2022
als volgt:
Sinds de Rijksdag in 1971 een eenkamerparlement werd, dienden de volgende personen als parlementsvoorzitter:
Bronnen, noten en/of referenties
- ↑
M. Gallagher, M. Laver & P. Mair
,
Representative Government in Modern Europe. Institutions, Parties, and Governments.
(2005).
|