Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Een
constitutioneel
of
grondwettelijk hof
is een centraal rechtscollege dat uitspraken doet over de
grondwettelijkheid
van de
wetten
of andere wetskrachtige normen en
verdragen
. In het algemeen toetst een constitutioneel hof of een regel niet in strijd is met de fundamentele rechten en vrijheden of met het gelijkheidsbeginsel zoals die in de Grondwet zijn vastgelegd. Het hof treedt niet op als hoogste rechtbank in laatste instantie bij particuliere geschillen, dit in tegenstelling tot andere rechtsprekende organen zoals de
Hoge Raad der Nederlanden
in
Nederland
, of het
Hof van Cassatie
in
Belgie
.
In sommige landen, zoals in Belgie en in
Duitsland
, heeft het hof ook de bevoegdheid om conflicten tussen de wetgevingen van verschillende
deelstaten
te beslissen. In andere landen beslist het hof ook over het correct verloop van
verkiezingen
en
referenda
of over de rechtsgeldigheid van hoge mandaten zoals die van de president of een parlementslid.
In Belgie werd omwille van de staatshervorming in 1980 het
Arbitragehof
opgericht en geinstalleerd in 1984, later omgevormd tot
Grondwettelijk Hof
. In de Verenigde Staten trok het
Hooggerechtshof
in 1803 de bevoegdheid om de wet te toetsen aan de Grondwet naar zich toe.
Enkele grondwettelijke hoven:
Nederland beschikt niet over een constitutioneel hof, en artikel 120 van de
Nederlandse Grondwet
verbiedt bovendien aan de rechter om de wet te
toetsen
aan de Grondwet. Binnen het
Koninkrijk der Nederlanden
kent alleen
Sint Maarten
een
constitutioneel hof
.
Van 2004 tot 2018 werd het
Wetsvoorstel-Halsema constitutionele toetsing
behandeld, wat in eerste instantie bij simpele meerderheden werd aangenomen in de Tweede en Eerste Kamer, maar nooit een tweederdemeerderheid haalde die nodig was om artikel 120 te wijzigen. Het wetsvoorstel werd uiteindelijk ingetrokken en vervallen verklaard.
De Staatscommissie parlementair stelsel heeft een advies
[1]
uitgebracht o.a. over een Nederlands Constitutioneel Hof.
Anno 2023 zijn de politieke partijen
BBB
[2]
,
JA21
[3]
,
Nieuw Sociaal Contract
[4]
en
Volt Nederland
[5]
voor een grondwettelijk hof.
Bronnen, noten en/of referenties
|