Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Xhuglini) Nexhmije Hoxha
(
Bitola
,
Macedonie
,
8 februari
1921
?
Tirana
,
26 februari
2020
) was een
Albanees
politica; ze was de weduwe van de Albanese
dictator
Enver Hoxha
(1908-1985). Ze was een kille, berekenende en fanatieke vrouw.
[1]
Nexhmije Hoxha volgde een middelbareschoolopleiding in de Albanese hoofdstad
Tirana
. In 1941 haalde ze haar diploma. In
november
1941
sloot ze zich aan bij de pas opgerichte
Albanese Communistische Partij
(ACP). In 1942 werd ze organisator van de vrouwen- en jeugdafdeling van de partij, daarnaast streed ze tijdens de
Tweede Wereldoorlog
in de
Eerste Partizanen Divisie
van het
Nationaal Bevrijdingsleger
. In 1942/43 was ze gelegeerde tijdens drie belangrijke congressen van het
Nationaal Bevrijdingsfront
(NBF).
In 1944 werd Nexhmije Hoxha gekozen in het secretariaat van de
Albanese Vrouwenunie
. Van 1946 tot 1955 was ze voorzitster van de Albanese Vrouwenunie. Haar macht groeide na haar huwelijk met de communistische partijsecretaris en premier Enver Hoxha in 1945. Ze hadden elkaar leren kennen als partizanen, tijdens de Italiaanse bezetting.
[1]
In
1948
werd mevr. Hoxha in de Nationale Assemblee (parlement) gekozen en in
1952
werd ze lid van het Centraal Comite van de
Albanese Arbeiderspartij
(PPSh).
In
1966
verwierf ze het invloedrijke directeurschap van het
Instituut van Marxistisch-Leninistische Studies
. In 1975 was ze lid van de commissie die de ontwerpgrondwet opstelde; deze grondwet werd in 1976 aangenomen.
Na het overlijden van haar man (1985) werd mevr. Hoxha in
1986
gekozen als voorzitster van het
Democratisch Front
(een overkoepelende organisatie waarbij de massaorganisaties, zoals de vakbonden, jeugd- en vrouwenverenigingen waren aangesloten). Aan het einde van de
jaren 80
behoorde ze tot de hardliners (haviken) binnen het partijbestuur van de PPSh en dwarsboomde ze ieder hervormingsplan van president
Ramiz Alia
.
Op
21 december
1990
werd Hoxha gedwongen het voorzitterschap van het Democratisch Front neer te leggen. Premier
Adil Carcani
volgde haar in die functie op.
In 1991 werd Nexhmije Hoxha gearresteerd bij een politieonderzoek naar financiele malversaties tijdens het communistische bewind in
Albanie
. Hoxha werd in
1993
tot elf jaar gevangenisstraf veroordeeld wegens machtsmisbruik en verduistering van overheidsgeld. Op
10 januari
1997
kwam zij vrij.
In het laatste interview noemde ze haar man een ?uitstekend leider”, een ?echte marxist”, een man met ?heldere idealen” die hield van ?zijn bevolking”. Zij verdedigde zijn repressie. Haar man streed tegen ?anti-socialisten en anti-nationalisten die samenspanden tegen de staat”.
[1]
Bronnen, noten en/of referenties
- Stroynowsk, J.
(1989)
Who's Who in the Socialist Countries of Europe
, dl. 1 [A-H].
ISBN 359810636X
|