Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Effecten
zijn verhandelbare instrumenten die een
geldswaarde
vertegenwoordigen zoals
aandelen
en
obligaties
. Vaak zijn effecten genoteerd bij
effectenbeurzen
dat eerst wordt goedgekeurd in Nederland door de
Autoriteit Financiele Markten
(AFM) en in Belgie door de
Autoriteit voor Financiele Diensten en Markten
(FSMA). Dat maakt vraag en aanbod voor beleggers toegankelijker want bij niet-beursgenoteerde effecten moet een belegger zelf op zoek gaan naar een koper. Effecten behoren tot
waardepapieren
en zowel bedrijven als overheden kunnen effecten uitgeven.
[1]
Bij obligaties leent de
belegger
het geld aan de onderneming die de obligaties uitgeven waardoor obligaties een vorm van
vorderingen
zijn. Bij effecten heeft de houder
mede-eigenaar
die de aandelen uitgeven eveneens beslissingsrechten en recht op een deel van de winst (dividend). Effecten zijn ook vergelijkbaar met waardewijzen zoals
participaties
of deelnemingsbewijzen in bijvoorbeeld een
commanditaire vennootschap
of een vastgoedfonds.
[1]
Een typisch kenmerk van effecten zijn dat ze gewoonlijk op een
beurs
kunnen verhandeld worden en dat de prijs daar wordt bepaald door
vraag en aanbod
. De actuele prijs van effecten noemt men de
koers
. Om deze reden behoren
Bankbiljetten
en
cheques
niet tot effecten maar tot waardepapieren.
Iemands
effectenpositie
is het geheel van bezittingen en verplichtingen met betrekking tot effecten.
Een
financieel instrument
is een ruimer begrip dan een effect. Het kan onder meer ook zijn een
swap
,
rentetermijncontract
of ander
derivatencontract
dat betrekking heeft op effecten,
valuta
,
rentevoeten
,
grondstoffen
of andere afgeleide instrumenten.
Er bestaan meerdere wetgevingen in Nederland omtrent gebruik van effecten. Dit wordt het
effectenrecht
genoemd en de belangrijkste wet is de
Wet op het financieel toezicht
. Dit omschrijft het begrip effecten als volgt:
[2]
Bronnen, noten en/of referenties
|