Terschelling
(
uitspraak
ⓘ
) (
Terschellings
:
Schylge
;
Standaardfries
:
Skylge
) is een eiland en een gemeente in de provincie
Friesland
, tot 1942 in de provincie
Noord-Holland
. Vanaf het westen gerekend is Terschelling het derde bewoonde
Nederlandse
Waddeneiland
.
Terschelling grenst ten noorden aan de
Noordzee
en ten zuiden aan de
Waddenzee
; ten zuidwesten ligt
Vlieland
en ten oosten
Ameland
. De totale strandlengte is zo'n 40 kilometer en de totale lengte van de fietspaden is ruim 70 kilometer.
Net als bij de meeste andere Waddeneilanden is het
toerisme
een belangrijke bron van inkomsten. In het hoogseizoen herbergt het eiland meer dan driemaal zoveel mensen als in de winter. Sinds 1981 is Terschelling jaarlijks in juni de locatie voor het
Oerol Festival
. Verder kent Terschelling sinds 1875 de
zeevaartschool
Willem Barentsz
.
Het eiland is in de middeleeuwen ontstaan nadat een zandplaat met de naam De Schelling samen ging met het oostelijker gelegen eiland Wexalia. De naam Wexalia, Wuxalia of Wecsile geldt als de middeleeuwse naam voor het gebied van Oost-Terschelling. De naam raakte al in de middeleeuwen in onbruik.
Op cartografische kaarten uit de 17e en 18e eeuw is te zien dat het eiland tijdens deze periode nog bekend stond onder de naam
Der Schelling
. Op een nieuwere kaart uit 1810 wordt het eiland
Ter Schelling
genoemd.
[1]
In de loop van de geschiedenis is Terschelling meermalen in andere handen overgegaan; de laatste keer was tijdens de
Tweede Wereldoorlog
, toen Terschelling samen met Vlieland per 1 september 1942 van de provincie
Noord-Holland
bij de provincie
Friesland
kwam.
[2]
De oudste bewoningsresten op Terschelling dateren van rond 850, toen een houten kerkje werd gebouwd op een heuvel bij Striep of Stryp. Deze heuvel is later als grafheuvel in gebruik genomen en staat bekend als het Strieperkerkhof.
In een kerkenlijst uit de 11e eeuw wordt genoemd dat de
Abdij van Echternach
twee kerken bezat op Terschelling.
[3]
De stormvloed van 1287 is een belangrijk moment geweest in de vorming van het huidige Terschelling en de rest van het Waddengebied. Voor de
Sint-Luciavloed
, op Terschelling ook wel de Sint-Hubertusvloed genoemd, was het eiland te voet bereikbaar vanaf Dijkshorn aan de Friese kust (waarschijnlijk het huidige
Dijkshoek
) naar
Hoorn
. Hierdoor was
Hoorn
de belangrijkste plaats op het eiland. Na de ramp was de passage niet meer mogelijk en kwam de verbinding op West te liggen. Hierdoor werd
West-Terschelling
de belangrijkste plaats.
[4]
Vanouds bestaat er op Terschelling een controverse tussen de bewoners van West-Terschelling, met een sterke gerichtheid op de zee, en de meer agrarisch georienteerde bewoners van Oost-Terschelling. In 1612 leidde die controverse tot een scheiding van het eiland in twee bestuurseenheden, West-Terschelling en Oost-Terschelling.
West-Terschelling
werd vanuit het gelijknamige dorp bestuurd, het drosthuis van Oost-Terschelling stond in
Midsland
. Pas na de Franse bezetting in het begin van de 19e eeuw werd Terschelling weer een bestuurlijke eenheid, en werd West-Terschelling het bestuurscentrum van de gemeente.
Na de verwoesting van een koopvaardersvloot op de Vlieree op 19 augustus 1666, bekend als
Holmes's Bonfire
, werd
West-Terschelling
op 20 augustus 1666 tijdens de
Tweede Engels-Nederlandse Oorlog
overvallen door een Engelse vloot.
[5]
De vloot stond onder leiding van admiraal
Robert Holmes
, vergezeld door een Hollandse
landverrader
, kapitein
Laurens van Heemskerk
. Men nam aan, dat zich op Terschelling een deel van de magazijnen van de staat en de
Oost-Indische Compagnie
bevonden. Oorspronkelijk was Holmes van plan om Vlieland aan te vallen, maar door een donderbui raakte het Engelse kruit nat en het dorp was in staat van verdediging gebracht. Dat was niet het geval op West-Terschelling. De admiraal voer met elf compagnieen naar de haven van West-Terschelling (het dorp van de
Brandaris
).
[5]
Zij troffen nauwelijks enige weerstand van de lokale bevolking. De soldaten trokken brandschattend door het bijna 300 huizen tellende dorp, dat vrijwel geheel in de as werd gelegd. In de Engelse geschiedenis heet dit Holmes' Bonfire.
[5]
Behalve de vuurtoren Brandaris, gebouwd in 1594, en de bijna nieuwe
Westerkerk
uit 1663, was er nauwelijks een gebouw overgebleven nadat de Engelsen West-Terschelling in brand hadden gestoken.
[6]
[7]
Door een loterij, hulp van
doopsgezinden
aan de wal en belastingvoordelen van de gewestelijke overheid (Holland) kon het dorp weer binnen een paar jaar worden opgebouwd. Hierbij speelde vooral dominee
Johannes Grevenstein
een zeer belangrijke rol. Het genoten belastingvoordeel werd overigens een paar jaar later weer teruggehaald. De
brandlaag
van 1666 is nog steeds aanwezig op Terschelling: een 8 tot 15 centimeter dikke zwarte roetlaag in het witte duinzand, zo'n 0,8 tot 1,5 meter onder de grond. In herdenkingsjaar 2016 is de brandlaag zichtbaar gemaakt in de Commandeurstraat, een van de oudste straatjes van West Terschelling. Deze is in 2023 verwijderd.
[8]
Duitse bezetting tijdens de Tweede Wereldoorlog
[
bewerken
|
brontekst bewerken
]
Op 16 mei 1940 kwamen de eerste Duitse militairen aan op het eiland. Voor de Duitsers was het eiland van groot strategisch belang in de luchtoorlog tegen de geallieerden op de Noordzee, zowel te water als in de lucht. Met de hulp van de eilandbewoners (eerst vrijwillig, dan gedwongen) werden vele verdedigingsstellingen en radarinstallaties op het eiland gebouwd. Met de radarinstallaties konden de Duitsers de vliegtuigen vanaf een grote afstand waarnemen. De grootste installatie van de
Atlantikwall
was de Tigerstelling ten oosten van West-Terschelling, waar de commandobunker 'Bertha' zich bevond die de gevechtshandelingen van de Duitse luchtmacht coordineerde in het luchtruim boven Terschelling, de Waddenzee en dit deel van de Noordzee.
[9]
Het aantal Duitse militairen wisselde in de loop van de oorlog, maar op sommige momenten waren van twaalfhonderd tot tweeduizend Duitsers aanwezig.
Initieel hadden de eilandbewoners niet zoveel last van de bezetting, maar naarmate de bezetting langer duurde, werden de verhoudingen met de Duitser grimmiger. Het eiland werd geisoleerd en tot spergebied verklaard. Grote delen van het eiland werd een verboden gebied voor de eilandbewoners. Toerisme was niet meer toegelaten en het verkeer van en naar het eiland was alleen mogelijk met toestemming van de Duitsers. In de betere hotels werden de officieren ingekwartierd. Tot de bouw van bunkerverblijven voor de soldaten, werden de soldaten bij de bevolking ingekwartierd. Omdat er onvoldoende mensen waren om de verdedigingswerken te bouwen, brachten de Duitsers arbeiders van het vasteland in.
[10]
Onder gezag van de Duitse bezetter is de gemeente Terschelling overgeheveld van
Noord-Holland
naar de provincie Friesland op 1 september 1942. Deze Duitse maatregel werd niet teruggedraaid na de bezetting.
De Duitsers gaven zich officieel over aan de Engelse troepen op 29 mei 1945.
Terschelling herbergt drie
taalvarieteiten
; in het westen en oosten worden de
Friese
dialecten
Westers
(Schylgers) en
Aasters
gesproken, terwijl men in
Midsland
een
Hollands
dialect spreekt, het
Midslands
of Meslonzers, te vergelijken met het
Stadsfries
[11]
. Door de toenemende invloed van buitenaf (onder andere van het toerisme) worden de dialecten echter steeds meer verdrongen door het Nederlands, hoewel aan de westkant iets minder dan aan de oostkant.
De oorspronkelijke dialectverdeling is als volgt: het Schylgers wordt gesproken in de hoofdplaats West-Terschelling; het Meslanzers in Midsland, Hee, Horp, Kaard, Kinnum, Baaiduinen, Striep, Landerum, Formerum (deels); het Aasters in Formerum (deels), Lies, Hoorn en Oosterend.
De gemeente Terschelling telt twaalf officiele
woonplaatsen
(
BAG
). De hoofdplaats is
West-Terschelling
. De Nederlandse namen zijn de officiele en de enige die op de plaatsnaamborden vermeld staan. Voor de gehuchten
Striep
en
Kaard
werden voor 2009 de namen
Seerijp
en
Kaart
gehanteerd.
Aantal inwoners per woonkern op 1 januari 2019:
[12]
Naast deze officiele plaatsen bevinden zich in de gemeente de volgende
buurtschappen
en diverse
nederzettingen
:
Ook zijn van Terschelling een aantal verdwenen nederzettingen bekend, namelijk
Allum
,
Hierum
,
Stortum
,
Stattum
,
Schittrum
en
Wolmerum
.
Op Terschelling bevinden zich de volgende
slenken
:
Er bevinden zich de volgende
meren
en
kolken
:
De
gemeenteraad
van Terschelling bestaat uit 11 zetels. Hieronder staat de samenstelling van de gemeenteraad sinds 1998:
Gemeenteraadszetels
|
Partij
|
1998
|
2002
|
2006
|
2010
|
2014
|
2018
|
2022
|
Plaatselijk Belang
|
4
|
2
|
3
|
3
|
3
|
2
|
3
|
VVD
|
2
|
2
|
3
|
2
|
2
|
3
|
3
|
Samen Terschelling
|
-
|
-
|
-
|
-
|
-
|
1
|
2
|
PvdA
|
3
|
4
|
3
|
4
|
4
|
4
|
2
|
CDA
|
2
|
3
|
2
|
2
|
2
|
1
|
1
|
Totaal
|
11
|
11
|
11
|
11
|
11
|
11
|
11
|
Het
college van burgemeester en wethouders
van Terschelling bestaat uit:
[13]
- Waarnemend burgemeester
- Wethouders
- Gea van Essen (Plaatselijk Belang), eerste locoburgemeester
- Jeltje Hoekstra-Sikkema (VVD), tweede locoburgemeester
- Gemeentesecretaris
Het
waddeneiland
Griend
, een klein natuurreservaat gelegen ten zuiden van het eiland Terschelling en beheerd door
Vereniging Natuurmonumenten
, behoort tot de gemeente Terschelling.
Kaapsduin
aan de westzijde van het dorp
West-Terschelling
is met 31,4 meter boven NAP het hoogste punt van Terschelling. Op het duin staat een voormalig seinhuisje. Vroeger stonden er twee houten
kapen
voor de scheepvaart.
Terschelling bestaat voor bijna 80% uit natuurlijk duinlandschap en
kwelders
. De duinen en kwelders zijn sinds 1909 in beheer bij het
Staatsbosbeheer
. Het westelijke deel van het eiland, de
Noordsvaarder
is ontstaan uit een zandplaat die rond 1850 met het eiland verheelde. De
Kroonpolders
ten noorden van West-Terschelling zijn ontstaan tussen 1921 en 1929 door de aanleg van stuifdijken. Andere duingebieden op Terschelling zijn het
Griltjeplak
, de
Landerumerheide
en de
Koegelwieck
. In de natte duinvalleien van Terschelling komt de
cranberry
of Amerikaanse veenbes voor. Deze uit Amerika afkomstige plant belandde op het eiland nadat een vat met bessen in 1845 aanspoelde. Op Terschelling wordt de cranberry nog
Pieter Sipkesheide
genoemd, naar de vinder van het vat, Pieter Sipkes Cupido. De cranberry verwilderde en werd door botanicus
Franciscus Holkema
in 1868 ontdekt in een duinvallei met de naam Studentenplak. De pluk van cranberry's is op Terschelling verpacht aan het bedrijf
Cranberry Cultuur Skylge
.
De Terschellinger polder bestaat geheel uit graslanden ten behoeve van de veehouderij. Op Terschelling zijn nog bijna twintig veehouders.
De zone langs de binnenduinrand werd vroeger gebruikt voor het verbouwen van
graan
. Graanteelt is sinds de jaren vijftig van de twintigste eeuw van Terschelling verdwenen. Graanvelden werden beschermd tegen instuivend duinzand door de aanplant van
elzenhagen
. Het elzenhagenlandschap langs de binnenduinrand van
West-Terschelling
tot oostelijk van
Oosterend (Terschelling)
wordt beschouwd als een karakteristiek en waardevol landschappelijk element.
Het waardevolle natuurreservaat de
Boschplaat
ligt op het oostelijke deel van Terschelling, en is bijna tien kilometer lang. Het reservaat is ontstaan nadat tussen 1932 en 1936 een
stuifdijk
is aangelegd, die de voorheen los van Terschelling liggende zandplaat definitief met Terschelling verbond. Op de zandplaat ontstond een waardevolle kweldervegetatie, met uitgebreide groeiplaatsen van
lamsoor
(
Limonium vulgare
),
zeealsem
(
Artemisia maritima
),
zoutmelde
) en tal van andere halofiele, of zoutminnende planten. Op de Boschplaat broeden
lepelaar
,
grote stern
,
noordse stern
,
Visdief
,
dwergstern
,
kleine mantelmeeuw
,
grote mantelmeeuw
,
zilvermeeuw
,
stormmeeuw
,
aalscholver
, en andere soorten vogels. De Boschplaat heeft de status van
Europees Natuurreservaat
.
Het eiland Terschelling is
aardkundig zeer waardevol
: de duinenvormen zijn zeer gevarieerd, zeer representatief en over het algemeen gaaf. Daarnaast zijn
erosie
- en
sedimentatieprocessen
nog steeds actief.
[14]
Terschelling heeft een officieel meetstation van het
KNMI
dat bestaat sinds 1994. Hierdoor zijn gegevens over bijvoorbeeld neerslagwaarden nog niet opgenomen in de tabellen. Terschelling heeft een enigszins afwijkend klimaat ten opzichte van het Nederlandse vasteland: de nachten zijn zachter, maar overdag, met name in de
lente
en
zomer
is het minder warm.
Weergemiddelden voor Hoorn (Terschelling)
Maand
|
jan
|
feb
|
mrt
|
apr
|
mei
|
jun
|
jul
|
aug
|
sep
|
okt
|
nov
|
dec
|
Jaar
|
Gemiddeld maximum (°C)
|
5,0
|
5,1
|
7,8
|
11,3
|
15,0
|
17,6
|
20,2
|
20,4
|
17,6
|
13,5
|
9,2
|
6,1
|
12,4
|
Gemiddelde temperatuur (°C)
|
3,2
|
3,0
|
5,2
|
8,0
|
11,6
|
14,3
|
16,9
|
17,1
|
14,7
|
11,0
|
7,2
|
4,1
|
9,7
|
Gemiddeld minimum (°C)
|
1,1
|
0,7
|
2,5
|
4,6
|
8,1
|
10,6
|
13,1
|
13,3
|
11,3
|
8,2
|
4,8
|
1,8
|
6,7
|
Bron:
KNMI
:
[1]
(1981-2010)
|
De havens van Terschelling liggen in een door de natuur gevormde baai in West-Terschelling. De maximale afmetingen zijn: lengte 85 m, breedte 12,00 m en diepgang 3,40.
[15]
Binnenvarend is er eerst aan bakboord de steiger van het
sleepvaart
- en bergingsbedrijf 'Rederij Noordgat' en de steiger van het
KNRM
reddingstation, daarna de veerhaven van de veerdienst richting Harlingen v.v. en Vlieland v.v. voorzien van een
getijdebrug
. Zowel
Rederij Wadden Transport
als
Rederij Doeksen
onderhouden
veerdiensten
vanuit deze veerhaven.
Doorvarend komen vervolgens (ook aan bakboord) de aanlegsteigers voor de chartervloot, de Vaarwegmarkeringsdienst van
Rijkswaterstaat
en de
Kustwacht
. Achterin is een grote jachthaven, met veel voorzieningen: douches, wc's, wasmachines en internet. In de zomer ligt de haven erg vol, mede omdat het de oostelijkste Nederlandse Waddenhaven is die met diepstekende jachten aangedaan kan worden en dus een stopplaats is op de route Engeland ? Duitse Wad. Brandstof kan worden gebunkerd bij het brandstofponton aan het begin van de jachthaven.
Behalve in de jachthaven loopt er gedurende het hele tij een redelijk grote stroom door de haven. Dit wordt veroorzaakt doordat met dammen een waterreservoir is gemaakt, dat achter in de haven een opening heeft. Tijdens opkomend tij loopt het reservoir gedeeltelijk vol over de relatief lage aangelegde dammen heen, tijdens eb moet al het water uit het reservoir door de haven heen terug naar zee. Op deze manier blijft de geul op diepte. Hier moet met manoeuvreren rekening gehouden worden.
Aan de haven staat het koffiehuisje "
Het Wakend Oog
", dat als wachthuisje voor de schippers is gebouwd.
Terschelling is met het vasteland verbonden via een
veerdienst
naar
Harlingen
. Deze veerdienst wordt uitgevoerd door
Rederij Doeksen
. Over deze veerdiensten was al een jarenlange strijd gaande tussen Doeksen en Rijkswaterstaat enerzijds en
Rederij Eigen Veerdienst Terschelling (EVT)
anderzijds. In 2011 berichtte de minister dat om de openbare dienst betrouwbaar uit te kunnen voeren rederij Doeksen voorrang heeft bij het gebruik van de
rijksaanleginrichtingen
, en dat EVT deze mag gebruiken voor zover de resterende capaciteit dat toelaat, en dat Rederij EVT hier niet tevreden mee is en meent dat de beperkte capaciteit het resultaat is van een samenspanning tussen rijksambtenaren en rederij Doeksen. EVT heeft in april 2011 een schadeclaim bij de Staat ingediend omdat zij van mening is dat de Staat onrechtmatig gehandeld heeft. De minister vond dat er van onrechtmatig handelen geen sprake was en kende daarom geen schadevergoeding toe.
[16]
De regering heeft
aan Doeksen een concessie verleend
die Doeksen tot 2026 het alleenrecht geeft de verbinding te onderhouden, met dien verstande dat de concessie pas onherroepelijk is nadat een eventuele bezwaar- en beroepsprocedure is afgerond.
[17]
EVT en
VAST
(samenwerkingsverband van vier gemeenten) zijn daartegen inderdaad een bezwaarprocedure begonnen. Het bezwaar is in maart 2012 afgewezen
[18]
, maar EVT meldt dat zij in beroep gaat, zo nodig ook bij het
Europese Hof
, en meldt dat zij daarom nog zeker 5 tot 6 jaar zal kunnen blijven varen.
[19]
Sinds 2008 voer
EVT
met de snelboot
Willem Barentsz
, de
Stortemelk
en sinds 30 maart 2012 met de
Spathoek
, een schip dat zowel passagiers als auto's en vracht kon vervoeren, twee (enkele dagen in winterdienst) of drie keer per dag heen en weer.
Op 15 april 2014 werd EVT overgenomen door Rederij Doeksen, inclusief het MS Spathoek. Hiermee werd de concessie voor 15 jaar aan Rederij Doeksen verleend.
In tegenstelling tot de waddeneilanden
Vlieland
en
Schiermonnikoog
mag iedereen met zijn auto rijden op Terschelling.
Het grootste deel van het openbaar vervoer vindt plaats per bus tussen de aanlegplaats van de veerdienst en de verschillende dorpen en vakantieparken op het eiland. Tot in de jaren zestig werd het vervoer uitgevoerd door
busmaatschappij Cupido
. Later werd dit bedrijf door anderen overgenomen. Op het waddeneiland rijden 3 buslijnen (waarvan 1 nachtbus) van
Arriva
. Hierop rijden sinds 1 januari 2017
elektrische bussen
.
Onder cultuurliefhebbers is het eiland vooral geroemd door het jaarlijkse theaterfestival
Oerol
. Dit festival werd in 1981 opgericht door Joop Mulder, destijds eigenaar van cafe de Stoep in Midsland. Inmiddels is Oerol uitgegroeid tot een van de grootste locatietheaterfestivals in Europa.
Op Terschelling wordt een aantal oude tradities in stand gehouden. Bekend is het
Sunderum
, een feest dat op 6 december in de dorpen
Baaiduinen
,
Kaard
,
Kinnum
,
Midsland
en
Hoorn
wordt gevierd. In de dorpen van Oost-Terschelling heeft ieder dorp een eigen bestuur, de
buren
, dat probeert de problemen in het dorp op te lossen. Zakelijke problemen worden behandeld tijdens een vergadering met de naam
Mantsjebier
, die in sommige dorpen rond de jaarwisseling wordt gehouden. Overige problemen worden besproken tijdens het
Burebier
. Op de vergaderingen zijn traditioneel alleen de volwassen mannelijke inwoners van de dorpen welkom. In de dorpen van Oost-Terschelling geldt de
burenplicht
, de zorg die de bewoners voor elkaar hebben. Dit strekt zich uit van hulp bij de bouw van huizen tot het organiseren van de begrafenis van overleden dorpsgenoten. Het gebruik met paard en kar de natuur in te trekken wordt op Terschelling
Op e Riid gaan
genoemd.
Terschelling kent een levendige koor- en volksdanscultuur. Een andere voormalige eigenaar van de Stoep, Willem Fries, opende in 2005 het kleine Het
West-End theater
. Daarmee kreeg Terschelling als Oerol-eiland ook zijn eigen theatertje.
Terschelling is rijk aan
historische verhalen
, maar ook veel verhalen die in de loop van de eeuwen zijn aangedikt. Zo wordt in de
sage
rond het
Stryper Wyfke
verhaald dat Engelse soldaten na de plundering van West-Terschelling in 1666 al stropend oostelijk over het eiland wilden trekken, maar klaarblijkelijk omkeerden, en direct het anker lichtten om huiswaarts te keren. De reden zou zijn dat de Engelsen in de verte bij het dorp
Striep
donkere schimmen zagen. Een oud vrouwtje waarschuwde met de woorden: "
Ze staan er met honderden, maar liggen er bij duizenden.
" Ze doelde echter op het kerkhof waar honderden grafzuilen stonden, maar waar in de loop van de eeuwen duizenden begraven werden. De soldaten zouden dat hebben opgevat als dat er honderden soldaten stonden en er nog eens duizenden op de grond lagen.
[20]
In de gemeente zijn er een aantal rijksmonumenten en oorlogsmonumenten, zie:
In de gemeente zijn diverse beelden, sculpturen en objecten geplaatst in de openbare ruimte, zie:
Bronnen, noten en/of referenties
Referenties:
- ↑
Joan Blaeu, 1664.
Belgica Foederata 1664.
En:
Kaart van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, Josua Ottens 1725-1750.
[dode link]
En:
Algemeene kaart van Holland (1810)
(Gedetailleerde historische kaarten van de Nederlanden, met politieke grenzen en andere relevante kenmerken.)
- ↑
Friesland zoals het was, September 1942
,
Tresoar
.
- ↑
P.N. Noomen (1999),
De goederen van de abdij van Echternach in de Friese Landen
, blz. 10-13, Jaarboek voor Middeleeuwse Geschiedenis 2 (1999)
,
ISBN 90-6550-080-4
- ↑
Stichting VVV Terschelling, (1975) Monumenten, Terschelling; Uitg. t.g.v. het Monumentenjaar 1975 Met lit. opg.
- ↑
a
b
c
Frans Ezauszoon den Heussen
,
Gedachtenisse van d'Engelsche Furie op de Vliestroom en der Schelling
. (1989) Jan de Mayer; Drukkerij Muurling, Sneek; In opdracht van
Stichting VVV Terschelling
ter gelegenheid van TER
SAIL
ING 1989. (Het boek is niet meer verkrijgbaar)
- ↑
Terschelling herdenkt verzwegen rampen uit 1666
- ↑
Vergeten Engelse afstraffing van 1666 op de Wadden herdacht
.
nos.nl
.
NOS
(
19 augustus 2016
). Geraadpleegd op
5 mei 2021
.
- ↑
Bronnen: Anne Doedens en Jan Houter, 1666. De ramp van Vlieland en Terschelling (Franeker 2013) en:
Frans Esausz. Den Heussen
, Gedachtenisse van d’Engelsche Furie op de Vliestroom en der Schelling (1667), in 2011 uitgegeven en hertaald door Anne Doedens en Jan Houter.
- ↑
Atlanticwall Terschelling
; www.atlantikwall-wadden.nl, geraadpleegd, 30 april 2021
- ↑
Terschelling in de oorlogsjaren
- ↑
De Waddendialecten in vogelvlucht
; Kennislink, auteur: Mathilde Jansen, 1 maart 2007
- ↑
Gemeentegids Terschelling 2019 - 2020
, p. 10.
Gearchiveerd
op
28 oktober 2020
.
- ↑
Collegeleden en werkwijze
- ↑
Gebiedsnummer: FR15. ? Oppervlakte: 9565 ha. ? Provincie(s): Friesland. ? Gemeente(n): Terschelling
(pdf).
aardkunde.nl
.
Gearchiveerd
op
21 december 2012
.
- ↑
officiele bekendmaking, in werking op 1 januari 2016
- ↑
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (XII) voor het jaar 2011; Brief regering; Reactie op het bericht in de Telegraaf inzake Topambtenaren helpen reder prijs hooghouden
.
officielebekendmakingen.nl
.
- ↑
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (XII) voor het jaar 2011; Brief regering; Tijdpad concessieverlening Waddenveren en Besluit Concessieverlening Waddenveren
.
officielebekendmakingen.nl
.
- ↑
afwijzing bezwaar
- ↑
https://web.archive.org/web/20130125062605/http://www.evt.nl/Nieuws.php
- ↑
'Het Stryper wyfke', in:
Verhalen van stad en streek: Sagen en legenden in Nederland
/ W. de Blecourt, R.A. Koman [et al.]. Bert Bakker 2010, pp. 108-110.
|