Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Een
neutraal land
is een land dat in geval van oorlog geen partij kiest voor een van beide kanten, en in ruil daarvoor hoopt niet aangevallen te worden door een van beide partijen. Veel neutrale landen kiezen in vredestijd voor
niet-gebondenheid
(verenigd in de
Beweging van Niet-Gebonden Landen
).
Aan neutraliteit zijn in het
oorlogsrecht
voorwaarden verbonden. Zo mag een neutraal land op geen enkele manier militaire of logistieke steun verlenen aan een van de strijdende partijen en mag het ook zijn onderdanen niet toestaan dit te doen. Uitzonderingen zijn er bijvoorbeeld voor humanitaire hulp, zoals het vervoer van gewonden. Ook in de handelspolitiek mag een neutrale staat niet een van de strijdende partijen bevoordelen.
Nederland
heeft lange tijd, tussen 1839 en 1940, een neutraliteitspolitiek gevoerd. Na de
Tweede Wereldoorlog
is deze politiek echter verlaten ten faveure van deelname in het
NAVO
-bondgenootschap. Ook
Belgie
was neutraal sinds 1839, maar werd tijdens de
Eerste Wereldoorlog
aangevallen door het
Duitse Rijk
. Het
Verdrag van Versailles
hief de neutraliteit van Belgie definitief op.
De Verenigde Staten had voor de Tweede Wereldoorlog wetgeving die verbood om wapens te mogen leveren aan strijdende partijen.
Franklin Roosevelt
heeft er voor gezorgd dat het uiteindelijk wel mocht gebeuren.
De volgende landen zijn op dit moment
neutraal:
In het verleden zijn er tevens landen geweest die in al dan niet naburige conflicten een neutrale houding hebben aangenomen. Voorbeelden daarvan zijn:
- Frederik Dhondt, "Permanent Neutrality or Permanent Insecurity? Obligation and Self-Interest in the Defence of Belgian Neutrality, 1830-1870", in: Inge Van Hulle en Randall Lesaffer (eds.),
International Law in the Long Nineteenth Century (1776-1914). From the Public Law of Europe to Global International Law?
, 2019, p. 159-185