Cornelis Jacobus Langenhoven
(
13 augustus
1873
-
15 juli
1932
) was een
Zuid-Afrikaanse
dichter,
schrijver
,
redacteur
en
politicus
. Hij publiceerde onder de naam
C.J. Langenhoven
en als
Sagmoedige Neelsie
.
Hij wilde oorspronkelijk
theologie
studeren, maar besloot uiteindelijk dat het
rechten
zou worden. In 1893 verhuisde hij naar
Stellenbosch
waar hij aan het
Victoria-college
studeerde en advocaat werd. Er is weinig bekend over de tijd die hij daar doorbracht, enkel dat hij het beschrijft als een woestijnleven. In 1894 verloofde hij zich met Helena de Vries, maar haar vader beeindigde die verloving in 1896, omdat het leven en de loopbaan van Langenhoven te onzeker waren.
In 1897 trouwde Langenhoven Lenie van Velden, een weduwe die tien jaar ouder was dan hij. Hij verwees altijd naar haar als "Vroutjie". Hun dochter Engela werd in 1901 geboren.
Hij werd benoemd tot
procureur
, maar ging later de
journalistiek
in. In 1912 werd hij redacteur van de krant
Het Zuid-Westen
, waar hij zijn levensdoel vond. Hij legde zichzelf erop toe de nieuwe taal, het
Afrikaans
, te bevorderen. Hij was ook stichtend lid van de nieuwe Afrikaanstalige krant
Die burger
en leverde geregeld bijdragen onder de schuilnaam "Sagmoedige Neelsie".
In 1914 werd hij lid van het Zuid-Afrikaanse parlement, waar hij zich inzette om het Afrikaans als ambtstaal erkend te krijgen. Hij werd achtereenvolgens lid van de Kaapse Provinciale Raad, de Volksraad en de Senaat.
Langenhoven stond aanvankelijk sceptisch tegenover de mogelijkheden van het Afrikaans, dat tot dan toe als schrijftaal in zijn kinderschoenen had gestaan. Later werd hij echter een dusdanig vurig voorstander van alles wat Afrikaans was en bouwde hij als schrijver zo’n omvangrijk oeuvre op (zijn verzamelde werk beslaat zestien delen) dat hij beschouwd wordt als de man die de
Afrikaners
leerde lezen.
C.J. Langenhoven staat het bekendst om het gedicht
Die Stem van Suid-Afrika
, dat hij in 1918 geschreven heeft. De muziek daarvoor is in 1921 door M.L. de Villiers gecomponeerd. Een passage uit
Die stem
vormt vandaag een deel van het Zuid-Afrikaanse volkslied.
Een Zuid-Afrikaans wiegelied van zijn hand (getoonzet door
Emiel Hullebroeck
) werd opgenomen in de populaire liedbundel
Kun je nog zingen, zing dan mee
. De eerste regels luiden: "Lamtietie, damtietie, doedoe mijn liefstetjie".
Hij heeft in zijn schrijversloopbaan elk genre aangeraakt, van poezie tot spookverhalen. Hij heeft verscheidene werken in het Afrikaans vertaald, waaronder
Rubaiyat of Omar Khayyam
. Hij heeft nieuwe Afrikaanse gezegdes geschapen en zelfs een liefdesgedicht aan zijn hond geschreven.
Langenhoven was lid van de beweging die Afrikaans als een ambtstaal en als eerste taal in de scholen in plaats van het
Nederlands
voorstond. Het Afrikaans werd in 1925 voor het eerst het parlement gebruikt, en uiteindelijk in 1927 erkend als een ambtstaal van Zuid-Afrika samen met het
Engels
.
In 1914 werd Langenhoven in het Zuid-Afrikaanse parlement gekozen, waar hij ijverde voor de
erkenning van het Afrikaans
als een
officiele taal van Zuid-Afrika
.
Later zetelde hij in de Kaapse Provincieraad, de
Volksraad
en het parlement.