SP-icoon Rosita van Gijlswijk geeft het stokje door

 Rosita van Gijlswijk bij de Leon van Gelder Middenschool, waar ze leerde voor zichzelf op te komen.

Rosita van Gijlswijk bij de Leon van Gelder Middenschool, waar ze leerde voor zichzelf op te komen. Foto: Peter Wassing

Het wordt een stuk stiller in het Stadhuis. SP-raadslid Rosita van Gijlswijk (44) neemt na achttien jaar afscheid van de gemeenteraad in Groningen.

‘Het enige raadslid dat zonder microfoon overal duidelijk te horen is’. Aan het woord is (oud-)VVD-raadslid Jan Evenhuis bij het afscheid van Rosita van Gijlswijk op 20 december 2006. Het SP-raadslid vertrok naar de Tweede Kamer om twee jaar later terug te keren in de gemeenteraad. ‘Een kerel van een vrouw.’ Toenmalig burgemeester Jacques Wallage was vol lof over het raadslid over wie hij opmerkte dat ze vaak beter wist hoe het zat dan hij. ‘Van tijd tot tijd vlijmscherp en soms ook oprecht boos.’

‘Politiek is geen theekransje’

Het is typerend voor de stijl waarmee Van Gijlswijk het debat voert en die zich nu niet echt door subtiliteit kenmerkt: hard, scherp, altijd op de inhoud en met een stilmakende bombarie waarvan het ego van menig raadslid nog uren lang naschokt. Van Gijlswijk: ,,De politiek is geen theekransje.’’

Ze slaat de deur van het Stadhuis op 1 januari 2019 achter zich dicht. Het Stadhuis waar ze een niet-bij-te-houden-aantal uren vergaderde, gebogen zat over ambtelijke stukken in taai jargon, debatteerde, tegenstanders verbaal de stuipen op het lijf joeg om na afloop een pilsje met ze te drinken, triomfen vierde en haar wonden na nederlagen likte. ,,Ik weet nu al dat ik het ontzettend ga missen. Vooral het contact met de Stadjers. Maar ... ‘’ Ze wijst met haar vinger omhoog en een grijns breekt door op haar gezicht. ,, .... eerst nog de verkiezingen.’’ In november zijn in Groningen de gemeenteraadsverkiezingen.

Jeugd

Ze groeide op in de Bollenstreek en kwam na de scheiding van haar ouders met haar moeder en zus in Groningen wonen. ,,We hadden het niet breed.’’ Dat is een understatement. Het gezin leefde van een uitkering. ,,Mijn moeder kon vanwege haar gezondheid niet werken.’’ Ze wil er niet dramatisch over doen. Maar toch. ,,Als de wasmachine stuk ging dan hadden we echt een probleem. Ik werd op school ook gepest, omdat ik oude kleren droeg. Mijn moeder verkocht haar trouwring om kleren voor mij te kopen.’’ Ze ging later naast haar wonen. ,,Kunnen we een beetje voor elkaar zorgen.’’

Toch slaagde haar moeder erin haar te laten studeren. Op de Middenschool in Vinkhuizen leerde ze voor zichzelf te denken en op te komen. ,,We hebben nog actie gevoerd voor een Turkse leerling zodat hij in Nederland mocht blijven.’’ Met succes. ,,Ik zag hem vorig jaar weer tijdens een reunie.’’

Ze studeerde sociaal juridische dienstverlening aan de Hanzehogeschool. Haar moeder werd lid van de SP. ,,En ja, dan word je altijd gebeld met de vraag of je misschien ook iets voor de partij kan doen. ‘Ik niet’, zei ze. ‘Maar ik heb een dochter die ... ‘

En zo begon het.

Raadslid

Ze werkte als vrijwilliger bij de SP-hulpdienst en kreeg - na 1,5 jaar bij vakbond Abvakabo - een baan bij de partij. In juli 1999 legde ze in de raadszaal de eed af bij Jacques Wallage, een van de vier burgemeesters die ze meemaakte. ,,Een andere tijd. De PvdA was met dertien zetels nog oppermachtig.’’

Ze leerde haar mond open te doen, gewapend met feitenkennis - ‘ik vermoed dat ambtenaren gek worden van al mijn telefoontjes’-, een harde stem en een niets en niemand ontziende tong. Niet tot ieders vreugde. In de collegeperiode 2002 - 2006 kwam de SP in het college met de PvdA. Tot niet geringe verbijstering van de sociaal-democraten startte een SP-raadslid een vurig pleidooi tegen de verkoop van de Essent-aandelen, zoals het college graag wilde. Dat raadslid was Rosita van Gijlswijk. Privatisering van energie? Nooit van haar leven. ,,Het stoom kwam uit de oren van de PvdA. In de tweede termijn eisten ze dat er een andere woordvoerder namens de SP kwam. Mooi niet.’’

,,Als ik er op terugkijk vond ik dat de mooiste raadsperiode. De eerste vier jaar ben je toch alles een beetje aan het leren: het jargon, de mores van het raadswerk. Maar het tweede jaar weet je hoe het werkt. En dan, ja dan wordt het leuk! Wat ook meespeelt is dat er in die tijd op een andere manier werd gediscussieerd. Kijk, ik ben gek op debatteren. En het doel van het debat is dat je een ander op basis van argumenten kunt overtuigen. Dat gebeurde dan ook af en toe. Maar nu? De coalitiepartijen houden elkaar stevig vast. Ja, als de verkiezingen er aan komen dan is het opeens anders. Maar het is gebeurd dat ik als argument ‘dat vind ik gewoon’ kreeg.’’ Ze trekt een vies gezicht. ‘Dat vind ik gewoon?!’ On-voor-stel-baar!’’

Tweede Kamer

Ze viel op. De partijtop zette haar op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer. Ze was op dat moment - 2006- fractievoorzitter. ,,Voor mij hoefde het eigenlijk niet zo. Ik zei ‘zet mij maar op een lage plek neer’. Ik stond op de 21e plek. Haalde de SP 25 zetels. Ja, toen kon ik moeilijk ‘nee’ zeggen.’’ Veertien maanden was ze Kamerlid en was ze veel - heel veel - van huis. ,,Het gaat er echt anders aan toe. Er wordt vooral op de actualiteit gereageerd. Het is nogal hyperig.’’

Maar Jan Marijnissen was dringend op zoek naar een nieuwe penningmeester. Had Rosita wellicht belangstelling? Dat had ze. ,,Het voelde goed.’’ Maar ook de gemeenteraad trok weer aan haar. December 2008 greep ze in de raadszaal weer naar de microfoon om raadsleden en wethouders bestraffend, verontwaardigd, verbijsterd, sarcastisch en - ja ook - goedgemutst uit te leggen hoe het volgens haar toch echt in elkaar zat. ,,Ik bereid me altijd goed voor. Bluffen is bepaald niet mijn ding.’’

Ze werkt hard, soms te hard. Ze ontdekte dat de dag te weinig uren heeft tot grote vreugde van het onkruid in haar tuin dat ongehinderd terrein won. Een vrije dag? Eh, wat is dat? In 2014 kreeg ze een burn-out en het duurt bijna twee jaar voordat ze weer terug is. ,,Het duurde waarschijnlijk wat langer omdat ik toch een paar uur per dag bleef werken.’’

Stadjers

Haar grootste triomf in die achttien jaar? De wenkbrauwen gaan omhoog. ,,Pfffffff. Daar vraag je wat. Ik zou het eigenlijk niet weten.’’ Ze is even stil. ,,Nou, als het erom gaat dat je concreet iets voor mensen kunt betekenen dan vind ik het toch heel mooi wat ik eens voor de Oosterparkwijk heb kunnen doen. Er ging een schuldhulpverleningsbureau failliet waar veel wijkbewoners client waren. Die kregen opeens van de ene op de andere dag geen weekgeld meer. Ze hadden echt gewoon niks meer om eten te kopen. Ik kaartte dat aan bij wethouder Dig Ishta en die zorgde ervoor dat ze geld bij de Kredietbank konden ophalen.’’ Ze glimlacht. ,,Ja, dat was mooi.’’

De kwetsbare Stadjers, ouders in de bijstand die geen geld voor schoolspullen hebben, huurders in een schimmelwoning: ze was jarenlang hun voorvechter. Maar ook die van weerloze ouderen in de trein. Daarover vertelt Evenhuis in 2006 de volgende anekdote. ,,Een paar opgeschoten jongens plaagden in de coupe een oud omaatje. Je zag dat, je stond op, handen in de zij, hoofd geheven en je zette een geweldige keel op. De beide jongens stoven de wc in. ‘Kom eruit als jullie durven’, riep je. Maar de jongens durfden niet. In Zwolle werd de trein gesplitst en de beide jongens uit Groningen kwamen in Leeuwarden terecht’.

Ja, de Stadjers. Die gaat ze echt missen. ,,Er zal altijd een bepaalde groep blijven die, hoezeer je je best ook doet om die aan het werk te krijgen, hulp nodig hebben. En dan heb ik het over concrete hulp. Geef ze nou gewoon wat financiele ruimte. Waarom krijgt iemand die in de bijstand zit pas na vijf jaar volledige kwijtschelding van de afvalstoffenheffing? Waarom maken we daar geen drie jaar van? Dat betekent voor 2500 Groningers jaarlijks tussen de honderd en tweehonderd euro! Geld voor school en boodschappen.’’

Maar ze geeft het stokje nu door. ,,Veel mensen vragen me of ik niet bang ben in een zwart gat te vallen. Maar die vergeten dat ik gewoon nog een fulltime baan bij de partij heb. Dat is niet de reden dat ik ermee ophoud hoor. Na achttien jaar is het tijd.’’

En dus stopt ze. Voor altijd. Toch? Ze zwijgt even en knikt dan. ,,Eh, ja! Nou ja, dat weet je nooit.’’