Iran is in Sint-Petersburg het WK met een verrassende, maar ook gelukkige 1-0 zege op Marokko begonnen. Aziz Bouhaddouz kopte diep in de extra tijd in eigen doel.

Marokko was het eerste WK-duel sinds 1998 nog goed begonnen. Het drong Iran in de beginfase met prima aanvalsspel terug en dat leverde kansen op.

Kansen Ziyech en Jahanbakhsh

Hamine Harit zag zijn volley echter naast het doel belanden en de volledig vrij staande Ajacied Hakim Ziyech maaide over de bal heen. Ook een onvervalste scrimmage leverde Marokko geen treffer op.

Naarmate de eerste helft vorderde luwde de Marokkaanse storm. Iran kroop uit z'n schulp en was kort voor rust dicht bij succes: Sardar Azmoun stuitte op keeper Munir Mohand, die maar net voorkwam dat AZ-speler Alireza Jahanbakhsh uit de rebound scoorde.

Het tweede bedrijf kreeg niet het leuke begin, waarop de toeschouwers in de eerste helft waren getrakteerd. Het spelpeil daalde en daaraan waren ook de vele blessurebehandelingen debet.

Zo lag het spel stil bij een blessure van Nordin Amrabat (ex-PSV), wiens broer Sofyan (Feyenoord) hem verving. Bij Iran viel Jahanbakhsh geblesseerd uit.

Om het aantal kansen in de tweede helft te turven waren de vingers van een hand ruim voldoende. Pas tien minuten voor tijd was Marokko weer gevaarlijk toen de Iraanse doelman aan het werk werd gezet door Ziyech.

Na een rommelige slotfase, met opstootjes op en naast het veld, velde Bouhaddouz het vonnis over zijn eigen ploeg. Hij kopte de bal na een door Sofyan Amrabat veroorzaakte vrije trap in eigen doel.