한국   대만   중국   일본 
The Wayback Machine - https://web.archive.org/web/20090715082228/http://www.katholieknieuwsblad.nl:80/actueel/kn1602c.htm
KN 2, Zaligverklaring
9 oktober 1998 Beschouwing Home

Zaligverklaring

Stepinac beschermde alle vervolgden

De Nederlandse media meldden de zaligverklaring van Stepinac als “omstreden” en “controversieel”. De linkse propaganda uit het Tito-tijdperk werkt nog altijd door. Toch is er overvloedige documentatie waaruit blijkt dat Stepinac een onkreukbaar verdediger was, niet alleen van de Kerk, maar van alle vervolgden.

Henk Rijkers

“Als vertegenwoordiger van de katholieke Kerk, en mijn heiligste plicht volgend, verhef ik mijn stem tegen de inmenging van de staat in wettige huwelijken, die onontbindbaar zijn, ongeacht ras. Er bestaat geen staatsgezag dat het recht heeft deze huwelijken te ontbinden. Wanneer de staat fysieke macht gebruikt, maakt de staat zich schuldig aan ordinaire gewelddadigheid.” Deze woorden richtte aartsbisschop Alojzije Stepinac in maart 1941 tot Ante Pavelic, leider van de Ustasja, de Kroatische fascistische beweging. Een maand later zou deze het hoofd worden van een door Hitler en Mussolini gecreëerde Kroatische staat.

Hoewel Stepinac, in overeenstemming met de H. Stoel, zeer afwijzend stond tegenover zowel het fascistische als het nationaal-socialistische gedachtegoed (een feit dat zonder moeite te documenteren is), verwelkomde hij een eigen Kroatische staat. Toen deze een feit was, liet hij een Te Deum in de kathedraal van Zagreb zingen. Hij hoopte dat daarmee een einde gekomen was aan de jarenlange Servische verdrukking van het katholieke Kroatië. Het vurige patriottisme van de aartsbisschop van Zagreb maakte hem echter niet blind voor de feiten. Al in juli 1941 schrijft hij Pavelic: “Als aartsbisschop en vertegenwoordiger van de katholieke Kerk heb ik de vrijheid om enige gebeurtenissen onder uw aandacht te brengen die mij pijnlijk raken. Ik ben er zeker van dat nauwelijks iemand de moed heeft om erop te wijzen, dus is het mijn plicht dat te doen. Van verschillende kanten hoor ik over onmenselijke en wrede behandeling van niet-ariërs…”

Clichés

Van openlijke of stilzwijgende collaboratie kan Stepinac nog minder beschuldigd worden dan Pius XII. Er ligt alleen het historische feit dat hij aartsbisschop van Zagreb was onder het bewind van de fascist Pavelic en dat hij een eigen Kroatische staat toejuichte. Voor de communistische propaganda bood dat meer dan genoeg aanknopingspunten om Stepinac als een Ustasja-handlanger af te schilderen. Het beeld dat door de communistische propaganda de wereld in is gestuurd, blijkt weer eens hardnekkiger dan haar scheppers in hun stoutste dromen zullen hebben vermoed.

Zo wordt negen jaar na de val van de Muur het biografietje dat Trouw naar aanleiding van Stepinac’ zaligverklaring publiceerde, nog helemaal door de oude linkse propagandaclichés beheerst. En dat terwijl Milovan Djilas, die in de omgeving van Tito verkeerde, later heeft gezegd dat Stepinac’ latere vervolging niets te maken had met zijn gedrag in de oorlog, maar enkel met zijn weigering om met de communisten te collaboreren. Sterker nog, ook Stepinac’ toenmalige aanklager Blazevic heeft dat in 1985 toegegeven. Toch schrijft ook de NRC : “Vast staat dat Stepinac in de beginperiode van de genocide zijn ogen sloot voor de extreme wreedheid van de poglavnik (Kroatisch voor ‘Führer’). Maar vast staat ook dat hij zich afkeerde van het regime toen uit berichten van zijn bisschoppen duidelijk werd welke methoden Pavelic hanteerde.” Op dat “de ogen sluiten” valt alvast heel wat af te dingen, zoals de aangehaalde brieven bewijzen. Verder schrijft de NRC : “Openlijk veroordeeld heeft Stepinac het Ustasja-regime nooit.” Dat staat haaks op de Osservatore Romano die stelt dat “in minstens 33 documenten Stepinac openlijk protesteerde tegen de terreur van het regime”. Bovendien stelde de aartsbisschop het regime vanaf de preekstoel onophoudelijk aan de kaak.

Ongewenst persoon

De her en der geuite twijfels over de juistheid van de zaligverklaring kunnen dus met een gerust hart terzijde gelegd worden. Ze snijden geen enkel hout. Het is ook bijna ondenkbaar dat paus Johannes Paulus II, gepokt en gemazeld onder tirannieën van uiteenlopende politieke snit, Stepinac zalig zou willen verklaren als er ook maar enige twijfel over diens zuiverheid zou bestaan. Het Ustasja-regime verklaarde de aartsbisschop dan ook tot ‘ongewenst persoon’. De beste referenties worden door de Gestapo geleverd: een Sloveens weekblad maakte vorige week melding van een document van eind maart 1941 (dus uit dezelfde dagen als de boven aangehaalde brief van Stepinac aan Pavelic en vlak voor de stichting van de fascistische staat) waarin de aartsbisschop als “Hauptfeind” wordt aangeduid en als leider van een “anti-nazistisch front”. Er wordt bovendien vol verachting aan toegevoegd dat Stepinac goede contacten met de joden onderhoudt. Al vanaf 1934 had Stepinac zich voor vervolgde joden ingezet.

Showproces

Stepinac’ beproevingen waren met de Tweede Wereldoorlog niet voorbij. Tito nam de macht over en vestigde een communistisch regime. Als een moderne Thomas More weigerde de aartsbisschop mee te werken aan de vestiging van een Kroatische katholieke Kerk die onafhankelijk van Rome zou zijn. Bovendien klaagde de Kroatische bisschopsconferentie in het najaar van 1945 de afschaffing van het godsdienstonderwijs, de verwijdering van christelijke symbolen uit het openbare leven en de voorrang van het burgerlijk huwelijk aan. Het kwam Stepinac duur te staan. Op 11 oktober 1946 werd hij na een stalinistisch showproces veroordeeld tot 16 jaar dwangarbeid. In 1951 werd Stepinac echter naar zijn geboortedorp Krasic verbannen, waar hij streng bewaakt en geïsoleerd leefde. Als hij over straat ging, moest hij door een politieman geëscorteerd worden. Rome vergat hem echter niet: in 1953 verhief paus Pius XII hem tot kardinaal. Tito was woedend en verbrak de diplomatieke relaties met het Vaticaan. De pastoor van Krasic merkte op dat hij de enige pastoor ter wereld was die een kardinaal als kapelaan had. De dood van kardinaal Stepinac op 10 februari 1960 is nooit geheel opgehelderd. Gesproken wordt van heimelijke vergiftiging.

Weinig valt af te dingen op de woorden van Stepinac’ opvolger, kardinaal Kuharic: “Stepinac is een symbool, een echte man van de Kerk, die zijn dienst tegenover het evangelie en de Kerk van Christus absoluut trouw heeft vervuld.” Volgens hem heeft Stepinac altijd gepleit “voor het geloof van de Kerk en voor de mensenrechten en de menselijke waardigheid, doordat hij alle vervolgden in bescherming nam - voor, in en na de oorlog.”


© 1998 Katholiek Nieuwsblad
Niets van deze uitgave mag opnieuw worden uitgegeven in welke vorm dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever