Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Vee
zijn door de mens
gedomesticeerde
dieren die in de landbouw om economische redenen gehouden worden, doorgaans als
voedselbron
.
De belangrijkste diersoorten die tot vee gerekend worden zijn
rund
(zie ook
rundveerassen
),
varken
,
schaap
(zie ook
schapenrassen
) en
geit
. Daarnaast zijn er verschillende soorten
pluimvee
zoals
kip
,
kalkoen
,
parelhoen
,
gans
en
eend
. Soms rekent men de
ezel
tot vee, en ook wel het
paard
en verschillende
pelsdieren
. In toenemende mate houdt men in Europese regionen andere, soms meer
exotische
dieren als vee, zoals
struisvogel
,
emoe
,
hert
en
kangoeroe
. Ook het houden en kweken van
vis
(
visteelt
) rekent men tot
veeteelt
. Buiten
Europa
komen daar nog andere soorten bij, bijvoorbeeld de
kameel
,
dromedaris
en
lama
.
Het begrip
kleinvee
wordt gebruikt voor al het vee dat kleiner is dan een ezel, in het bijzonder voor schapen, geiten en pluimvee, maar ook voor
bijen
[1]
. Het begrip
grootvee
wordt in de landbouw meestal voor volwassen runderen gebruikt om onderscheid te maken tot
jongvee
[2]
.
Bronnen, noten en/of referenties
- ↑
H. Siemes et al. Bijen en ander kleinvee, in: Geschiedenis van het boerenleven in Nederland, Waanders, Zwolle 2007, Pag. 442 - 463
- ↑
Aalenhuis, J., Berekening maximale EG-premieaanvraag - Praktijkonderzoek Rundvee, Schapen en Paarden (PR), Waiboerhoeve 6.5 (1993): Pag. 76.
|