Tim Simenon
(
Londen
,
21 juni
1967
) is een
Britse
danceproducer
, die begin jaren 1990 succes had onder de naam
Bomb The Bass
.
Tim Simenons muzikale carriere begon midden jaren 80 als
dj
in de Londense
Wag Club
. Geinspireerd door nieuwe muziek experimenteerde hij met keyboards en beatboxing. Na een korte cursus muziekproductie kreeg hij de kans om twee dagen lang opnames te maken in een muziekstudio. Samen met
Pascal Gabriel
, die later een grote naam zou worden in programmering, maakte hij het nummer
Beat Dis
, de debuutsingle van Bomb the Bass.
Het nummer, dat naar verluidt 500 pond kostte om te maken, bestond uit bij elkaar geknipte en geplakte samples, een opkomende hiphoptrend. Volgens de
BBC
, die de clip van Beat Dis vertoonde in hun muziekprogramma
TOTP2
, bevat het nummer 72 verschillende fragmenten, waaronder
old-school hip-hop
en funksamples (van de
Jimmy Castor Bunch
) en fragmenten uit
The Good, the Bad and the Ugly
en
Thunderbirds
.
Om de single uit te kunnen brengen, bleef Simenon werken als vakkenvuller en dj. Uiteindelijk werd de plaat uitgebracht door
Rhythm King
. De single werd voorzien van een Amerikaans importstempel en kreeg zo het aanzien van een New Yorkse clubhit. Het nummer was een groot succes en kwam rechtstreeks binnen op nummer twee van de Engelse hitparade. De
smiley
op de hoes heeft grote invloed gehad op de beeldcultuur rond acid house en rave.
Na Beat Dis volgden nog drie singles en het snel opgenomen album Into the Dragon. Het album leunde zwaar op het Japanse hiphoplabel Major Force, producer Steinski uit New York en het Engelse collectief Massive Attack/Wild Bunch and the 23 Skidoo / Ronin.
Met het produceren van de populaire hitsingle Buffalo Stance van de Zweeds/Afrikaanse artiest Neneh Cherry, vestigde hij z’n reputatie als hitproducer. Het nummer, waarin Simenon met naam en toenaam wordt geeerd (Bomb the Bass, rock this place), wordt een internationale hit (nummer drie Engelse hitlijst, nummer een Amerikaanse dance-hitlijst) en bereikt de eerste plaats in de Nederlandse top 40. Hierna volgden meerdere hits, zoals Manchild en het album Raw Like Sushi. Hoewel Simenon niet het hele album produceerde, volgt het wel dezelfde urban-stijl, vooruitlopend op de Amerikaanse hiphoprevolutie.
Keeping the beat: Simenons eerste drie albums als Bomb the Bass
[
bewerken
|
brontekst bewerken
]
Bij elk volgend album blijft Simenon zich afzetten tegen de heersende dansmuziektrend door steeds meer gebruik te maken van live instrumenten.
Unknown Territory
combineert rauwe rockgitaren met breakbeats. Het album
Clear
gaat nog een stap verder en combineert bijdragen van
Tackhead
/
On-U
soundsystem met een mix van reggae en dub.
Simenons tweede album, Unknown Territory, moest in eerste instantie worden uitgesteld, ondanks de grote
triphop
hit
Winter In July
.
Pink Floyd
weigerde om een sample van het nummer
Money
vrij te geven, maar de grootste vertraging ontstond toen de band zich zag genoodzaakt om de naam Bomb The Bass tijdelijk niet te gebruiken, vanwege de mediacensuur rond de eerste Irakoorlog. De plaat werd tijdelijk uitgebracht onder de naam Tim Simenon.
Op z’n eerste drie albums is Simenons aesthetische fascinatie met niet-muzikale popcultuur duidelijk terug te vinden, zoals in het gebruik van
samples
van films als The Good, the Bad and the Ugly en
Death Race 2000
. Op Unknown Territory zijn fragmenten van films als
Videodrome
en
Bladerunner
gebruikt. Clear daarentegen bevat veel verwijzingen naar de werken (en het beruchte leven) van William Burroughs. De hoes is een eerbetoon aan de filmposter van
Naked Lunch
. Het nummer
Bug Powder Dust
is een samenraapsel van Burrougs uitspraken en imiteert in die zin diens ‘cut-up’-schrijfstijl. De veelvuldige verwijzingen naar drugsgebruik en het gebruik van gesproken tekst suggereren een vernieuwde terugkeer naar het beat-huwelijk van muziek en poezie. De teksten zijn afkomstig van
Justin Warfield
, schrijver
Will Self
(die in de Beat-traditie heroine combineerde met schrijverschap), en schrijver/muzikant
Leslie Winer
.
Tussen de Bomb the Bass-projecten door bleef Simenon werken als producer en remixer voor een hele reeks artiesten. Naast de 12-inch single Remember (vooral succesvol in clubs en raves in de UK) die hij met
John Foxx
maakte als
Nation 12
, produceerde hij ook voor
Bjork
,
David Bowie
,
Massive Attack
,
Ash
,
Seal
, de rapgroep
Consolidated
, de Franse producer
Hector Zazou
,
Gavin Friday
en
Depeche Mode
.
De twee laatste projecten hadden een grote invloed op Simenons carriere. Voor Gavin Friday produceerde hij het album Shag Tobacco, wat voor Friday de doorbraak bij het grote publiek betekende. Het nummer Angel verscheen ook op de succesvolle soundtrack van de film
Romeo and Juliet
. De plaat trok de aandacht van
Dave Gahan
en
Martin Gore
van Depeche Mode, die net op zoek waren naar een nieuwe producer. Gahan:
“Er werden veel namen genoemd (om ons nieuwe album te produceren), maar uiteindelijk kozen we Simenon omdat Martin (Gore) en ik zijn Gavin Fridays album echt geweldig vonden. Shag Tobacco is briljant en we vonden het geluid dat hij produceerde echt geweldig.”
[1]
Simenon werd gevraagd om Ultra te produceren, het eerste Depeche Mode album zonder
Alan Wilder
. Vanwege ruzies binnen de band en Dave Gahans strijd tegen z’n heroineverslaving zou dit project meer dan 18 maanden duren. Het album, met daarop de singles Barrel of a Gun, It’s No Good en Home, kwam binnen op nummer een in de Engelse hitparade. Hoewel het album een hit was en wereldwijd meer dan drie miljoen exemplaren zou verkopen, had het project ook een minder positief effect op Simenon.
In de biografie
Depeche Mode: Black Celebration
van Steve Malis bekent Simenon:
“Aan het eind van de opnames was ik gesloopt. In januari en februari ging ik gewoon door met werken, het stomste wat ik kon doen. Ik begon me echt ziek te voelen, dus nam ik een paar maanden vrij. Ik was mentaal en fysiek gewoon uitgeput.”
Simenon refereert hier aan de opnamesessies met
Jack Dangers
van
Meat Beat Manifesto
(de latere Tracks EP). Dit zou voorlopig het laatste Bomb the Bass project zijn, met uitzondering van de single
Only When I Lose Myself
met Depeche Mode.
“Ik was al meer dan 10 jaar non-stop bezig. Ik was gewoon totaal uitgeput. Het werd allemaal te veel en dat had z’n prijs. Ik had totaal geen inspiratie meer.”
[2]
Simenon deed een stapje terug, verhuisde naar Amsterdam en richtte z’n aandacht op het opzetten van het onafhankelijke platenlabel
Electric Tones
.
Het platenlabel werd in 2000 gelanceerd, voornamelijk voor ‘elektronische en bijzondere releases’
[3]
die zo de aandacht konden krijgen die ze volgens Simenon verdienden. Onder dit label bracht hij ook verschillende, meer experimentele compilaties uit onder z’n alias Flow Creator.
Het jaar erop werd Simenon samen met David Arnold genomineerd voor een Ivor Novello- muziekprijs voor z’n werk aan de melodie van de BBC-serie
Randall and Hopkirk (Deceased)
.
Weer op het podium: Simenon opnieuw als performer
[
bewerken
|
brontekst bewerken
]
De laatste paar jaar is Simenon langzaam maar zeker weer actief bezig: produceren voor
Dot Allison
, voor de in Bangkok gevestigde electroclash band Futon, en eerste tracks met de Schotse band Fangs.
Maar belangrijker nog: Simenon heeft Bomb the Bass nieuw leven ingeblazen met het veelgeprezen album
Future Chaos
, uitgebracht via
!K7 Records
in 2008. Het negen nummers tellende album is geschreven, opgenomen en geproduceerd in samenwerking met
Paul Conboy
(van
A.P.E
en
Corker/Conboy
) en bevat bijdrages van
Toob
,
Jon Spencer
,
Fujiya & Miyagi
en
Mark Lanegan
. De band treedt ook live op, met Simenon als live sampler en mixer, Conboy als toetsenist en zanger, en de twee broers Claudio en Valerio als respectievelijk dj en visual scratch artiest. Na het uitbrengen van de derde single,
Black River
(zang: Mark Lanegan), is de Future Chaos-campagne ten einde en keert Simenon terug naar de studio om te werken aan het volgende Bomb the Bass album dat voor eind 2009 op stapel staat.
2008
- Toob - Pirate Teeth w/Bomb the Bass
- Bomb the Bass - Black River w/Mark Lanegan
- Bomb the Bass - Butterfingers w/ Fujiya & Miyagi
- Bomb the Bass - So Special
- Bomb the Bass - Future Chaos (album)
- Fangs - Fangs City Rockers
- Fangs - Panik Attak
2007
- Futon - Strap It On
- Futon - Love So Strong
- Futon - End Of Friend
2006
- Primal Scream - Sometimes I Feel So Lonely (remix)
- Dot Allison - Quicksand
- Dot Allison - Paper Rose
- Biggi - Sofdu Med Ljosid A
- Biggi - Reason to Grow
- Biggi - Perfect Sunday
2002
- Robot Finger (als Flow Creator)
- Ikara (als Flow Creator)
2001
- Bomb the Bass - Fast w/Shawn Lee
- Bomb the Bass - Clear Cut w/Lali Puna
1999
- Bomb the Bass - Lost Your Soul
- Bomb the Bass - Disco Bob w/Justin Warfield
1998
- Depeche Mode - Only When I Lose Myself
- Curve - Sweetback
- Curve - Something Familiar
- Curve - Recovery
- Curve - Killer Baby
- Curve - Dirty High
- Curve - Coming Up Roses
- Alpha - Sometime Later (remix)
1997
- Depeche Mode - Ultra (album)
- Depeche Mode - The Bottom Line
- Depeche Mode - It's No Good
- Depeche Mode - Insight
- Depeche Mode - Home
- Depeche Mode - Barrel of a Gun
1996
- One Inch Punch - Secrets of the One Inch Punch (album)
1995
- David Bowie - Heart's Filthy Lesson (remix)
- Gavin Friday - Shag Tobacco (album)
- Gavin Friday - Caruso
- Gavin Friday - Angel
1994
- Gavin Friday & Bono - In the Name of the Father
- Sinead O'Connor - You Made Me the Thief of Your Heart
- Sinead O'Connor - Fire On Babylon
- Sinead O'Connor - Famine
- Sinead O'Connor - Thank You For Hearing Me
- Massive Attack - Sly (remix)
- Bomb the Bass - Clear (album)
- Bomb the Bass - Empire w/B Zephaniah & Sinead O'Connor
- Bomb the Bass - Dark Heart w/Spikey Tee
- Bomb the Bass - Bug Powder Dust w/Justin Warfield
- Bomb the Bass - Brain Dead w/Justin Warfield
1993
- Bjork - Play Dead (remix)
1992
- Cheb Khaled - Didi (remix)
1991
- Bomb the Bass - Winter in July w/Loretta Heywood
- Bomb the Bass - Unknown Territory (album)
- Seal - Crazy
1988
- Neneh Cherry - Manchild
- Neneh Cherry - Buffalo Stance
- Bomb the Bass - Into the Dragon (album)
- Bomb the Bass feat. Lauraine - Don’t Make Me Wait
- Bomb the Bass - Megablast
- Bomb the Bass - Beat Dis
Bronnen, noten en/of referenties
- ↑
Malins, Steve (2006). "Depeche Mode: Black Celebration". Andre Deutsch
- ↑
Jansen, Steve
,
Tim Simenon: q&a
. myspace.com (10 February 2008). Geraadpleegd op
10 februari 2008
.
- ↑
Electric Tones is...
. Electric Tones (
1 januari 2008
). Geraadpleegd op
1 januari 2008
.
|