Een
schepen
(van Latijn
scabino
; Italiaans:
assessore
; Frans:
echevin
, Duits:
Schoffe
, Luxemburgs:
Schafferot
;
meervoud
schepenen
) is een openbaar bestuurder op plaatselijk niveau. Vanaf de
vroege middeleeuwen
werden functie en term in het hele grondgebied van de
Lage Landen
gebruikt, nu alleen nog in
Belgie
. Bestuurders binnen een
Belgische gemeente
heten nog steeds schepen, deze huidige functie is vergelijkbaar met die van een
wethouder
in Nederland.
Alle verhoudingen in acht genomen is de functie tegenwoordig te vergelijken met de functie van
minister
in de federale of gewestelijke politiek. De schepen maakt deel uit van het
college van burgemeester en schepenen
. In een gemeente wordt tevens een
eerste schepen
aangewezen, deze schepen is dan de plaatsvervanger van de burgemeester tijdens diens afwezigheid (tenzij lokaal anders werd beslist).
In acht Belgische
faciliteitengemeenten
(
Voeren
,
Komen-Waasten
en de zes gemeenten
rond Brussel
(
Kraainem
,
Wezembeek-Oppem
,
Sint-Genesius-Rode
,
Drogenbos
,
Linkebeek
en
Wemmel
) worden de schepenen echter niet door de gemeenteraad gekozen maar rechtstreeks door de inwoners (zogenaamde
Pacificatiewet
8.8.88 in BS 9.8.1988).
De schepen was vanaf de middeleeuwen een lid (
ambtenaar
) van een college van oordeelvoorstellers (oordeelvinders) die op rechtszittingen van het volksgerecht (
ding
) hun oordeel uitsprak. Dit oordeelvoorstel werd al dan niet bevestigd door verplicht aanwezige volksgenoten. Het proces van waarheidsvinding was gebaseerd op wat de partij van de klagers en die van de aangeklaagden verklaarden en op wat volgens rechtsgewoonte de norm was. Kwamen de verklaringen niet overeen, moest een verklaring van klager of aangeklaagde in de regel worden ondersteund door de verklaring van minstens een getuige. De rechters die uit deze feiten het recht 'vonden' ('
vonnis
'), schiepen het recht, naast bestaande algemene regels. Uit het Oudsaksisch woord 'skeppian' ontstond het begrip schepen.
[1]
Later verviel de verplichte bijwoning (dingplicht) door de volksgenoten bij een rechtszitting en stelde het college van schepenen, de
schepenbank
, het oordeel vast. Aangezien het bestuurlijke concept van de
scheiding der machten
toendertijd nog niet uitgevonden was, hadden de schepenen meestal ook bestuurlijke en uitvoerende taken. In de
Lage Landen
en omliggende landen kende men schepenen en schepenbanken in deze vorm van de 11e eeuw tot het einde van het
ancien regime
(ca. 1795).
Na de
Franse tijd
werd de term schepen gereserveerd voor lokale bestuurders, terwijl de rechtspraak onafhankelijk werd. In
Nederland
kreeg de overeenkomstige bestuurlijke functie de naam
assessor
en later
wethouder
.
Het aantal hedendaagse schepenambten hangt af van het inwonertal van een gemeente. Het
Decreet Lokaal Bestuur
in
Vlaanderen
bepaalt een vast minimumaantal van twee schepenen (naast de burgemeester) en een maximumaantal afhankelijk van het inwoneraantal (van twee tot negen). Elke schepen heeft zijn eigen portefeuille, maar zijn autonome beslissingsbevoegdheid is uiterst beperkt. Alle beslissingen die de gemeente binden worden door het College van burgemeester en schepenen collegiaal genomen.
Schepenen worden door en uit de
gemeenteraadsleden
verkozen. Zij moeten dus voldoen en blijven voldoen aan alle voorwaarden om verkiesbaar te zijn zoals voor een gemeenteraadslid wordt verondersteld. Voor de
verkiezingen van 2000
dienden zij de Belgische nationaliteit te bezitten, maar vanaf 2006 verviel deze voorwaarde. In zes
faciliteitengemeenten
in de
Vlaamse Rand
rond Brussel waar veel
Franstaligen
wonen, worden schepenen rechtstreeks door het volk gekozen. In alle andere gemeenten worden schepenen verkozen tijdens de installatievergadering van de nieuwe
gemeenteraad
. De stemming is geheim. Personen die verkozen worden met een
absolute meerderheid
worden automatisch verkozen tot schepen.
De voorzitter van het
bijzonder comite voor de sociale dienst
(de vroegere
OCMW
-voorzitter) is volgens het Vlaamse
gemeentedecreet
sinds 2013 verplicht deel van het schepencollege. Tijdens de legislatuur 2007-2012 was dit nog optioneel. Hij/zij kan eventueel andere schepenbevoegdheden daarbovenop toegewezen krijgen. Voor de fusie van gemeenteraad en OCMW-raad (met ingang op 1 januari 2019) was in sommige gevallen de OCMW-voorzitter zelfs geen verkozen stemgerechtigd gemeenteraadslid, het volstond dat hij/zij OCMW-raadslid was.
De volgorde van verkiezing van schepenen is van belang. De schepen die als eerste wordt verkozen, wordt aangeduid als "eerste schepen" en is als dusdanig de eerste in lijn om taken van de burgemeester over te nemen wanneer noodzakelijk. Dit gaat verder met tweede schepen, derde schepen, enz. De OCMW-voorzitter is steeds van rechtswege laatste schepen (Artikel 43, § 4 Decreet Lokaal Bestuur).
Bronnen, noten en/of referenties
- ↑
Dr. J. de Vries Etymologisch Woordenboek, Utrecht, Spectrum, 1973, p. 189
|