Het
Renversement des alliances
of de
diplomatieke revolutie
was een ommekeer van bondgenootschappen tussen 1748 en 1757, na de
Oostenrijkse Successieoorlog
en de
Vrede van Aken (1748)
. Nadat Pruisen
Silezie
had veroverd in 1742 en 1745, zochten zowel
Maria Theresia van Oostenrijk
en
Frederik II van Pruisen
naar nieuwe bondgenoten. Frederik had in 1744 een bondgenootschap gesloten met Frankrijk.
Wenzel Anton von Kaunitz
, vertegenwoordiger voor het
Heilig Roomse Rijk
, was zeer ontevreden over de bepalingen in de
Vrede van Aken (1748)
en pleitte voor een totale politieke ommezwaai om Pruisen eronder te krijgen.
[1]
In 1753 beloofden Rusland en Oostenrijk met behulp van
Nicolaas I Jozef Esterhazy
in een geheime clausule elkaar om Silezie terug te veroveren. Oostenrijk zou Rusland twee miljoen gulden betalen nadat Silezie veroverd zou zijn.
In 1752 werd hij Oostenrijkse ambassadeur in Parijs. Maria Theresia liet hem in het geheim
Madame de Pompadour
benaderen.
[2]
De Fransen hadden evenwel hun handen vol om de kolonien uit handen van de Engelsen te houden. In 1754 waren Engeland en Frankrijk met elkaar slaags geraakt in de
Franse en Indiaanse Oorlog
. Volgens
Voltaire
over een stuk land acht maanden lang bedekt met sneeuw en ijs en bewoond door barbaren, beren en bevers.
[3]
De Engelse koning probeerde zijn grondgebied, het
keurvorstendom Hannover
, veilig te stellen.
George II van Groot-Brittannie
was niet zeker van zijn zaak en zocht toenadering tot zijn neef
Frederik II van Pruisen
. Op 16 januari 1756 sloten beide landen het
Verdrag van Westminster
, waarbij Engeland beloofde Oostenrijk niet te hulp te schieten en het binnendringen van vreemde troepen in Duitsland te verhinderen. De Republiek werd niet genoemd en de Oostenrijkse Nederlanden uitdrukkelijk uitgesloten.
[4]
Daarop sloot Oostenrijk op 1 mei een bondgenootschap met Frankrijk (
Verdrag van Versailles (1756)
). Beide landen beloofden elkaar steun als de ander zou worden aangevallen.
Pruisen had niet alleen Oostenrijk en Frankrijk tegen zich, maar ook het aan belang winnende Rusland dat zich op 22 januari 1757 met Oostenrijk verbond. Het Frans georienteerde Zweden onder zijn zwager
Adolf Frederik van Zweden
sloot zich in maart aan bij het bondgenootschap, bekend als de geallieerden. Ook het
keurvorstendom Saksen
,
Hessen-Kassel
en Spanje traden toe.
Maria Theresia wilde de
Oostenrijkse Nederlanden
ontwikkelen, maar vanwege het
Barrieretraktaat
mocht dat niet. Een oneerlijke toestand, waartegen haar neef, de
hertog van Brunswijk
en
Willem Bentinck van Rhoon
zich verzet hebben. Frankrijk bezette
Oostende
en
Nieuwpoort
, door Frankrijk bedongen bij het Tweede Verdrag van Versailles. Oostenrijk was bereid de
Oostenrijkse Nederlanden
af te staan in ruil voor hulp door Frankrijk in een
tweede verdrag
op 1 mei van 1757.
Prinses
Anna van Hannover
schijnt een onduidelijke rol te hebben gespeeld.
[5]
Haar onberekenbaarheid was een ergernis in de Republiek. Er gingen stemmen op haar terug te zenden. Ze riep de hulp in van haar broer Georg II, raadspensionaris
Pieter Steyn
en de Engelse gezant Sir
Joseph Yorke
. De Republiek, zonder bondgenoot Oostenrijk, was hierdoor volledig aangewezen op Engeland. Ze werd een tweederangs mogendheid, niet alleen op zee, nu ook op het land.
Op 26 juli liet Frederik de Grote zijn ambassadeur in Parijs weten dat een oorlog onvermijdelijk was. Hij verdeelde zijn leger van 150.000 man in vieren om ook Zweden, Rusland en Oostenrijk in toom te houden. Eind augustus viel Frederik Saksen binnen. Daarmee begon de
Zevenjarige Oorlog (1756-1763)
.
- De strijdende partijen
-
Keizerin Maria Theresia
-
Frederik II van Pruisen
-
Lodewijk XV van Frankrijk
-
Tsarina Elisabeth Petrovna
-
Georg II van Engeland
-
Adolf Frederik van Zweden
-
August III van Polen
- ↑
Gooch, G.P. (1966) p. 47.
- ↑
Gooch, G.P. (1966) p. 51.
- ↑
Essai sur les moeurs et l’esprit des nations
, hoofdstuk 151.
- ↑
Geyl. P.
(1962) De Geschiedenis van de Nederlandsche stam, p. 1157.
- ↑
Geyl. P.
(1962) De Geschiedenis van de Nederlandsche stam, p. 1156-1163 en verder.
- Googh, G.P. (1966) Frederik de Grote. Utrecht: Spectrum
- Richard Waddington, Louis XV et le renversement des alliances. Preliminaires de la guerre de Sept Ans, Paris 1896