Deze pagina geeft een overzicht van de
wielerploeg
Rabobank
in 2009
.
- Sponsor:
Rabobank
- Algemeen manager:
Harold Knebel
- Ploegleiders:
Erik Breukink
,
Jan Boven
,
Erik Dekker
,
Adri van Houwelingen
,
Frans Maassen
- Fietsmerk:
Giant
- Materiaal en banden:
Shimano
,
Vittoria
De Rabobank ploeg voor 2009 werd gepresenteerd op 5 januari in
Ahoy
,
Rotterdam
. Met 30 renners in het ProTeam was dit Rabo’s grootste selectie ooit.
[9]
Nieuw in de ploeg waren de Nederlanders
Stef Clement
,
Maarten Tjallingii
en
Tom Stamsnijder
, die voor buitenlandse ploegen reden, de Belg
Nick Nuyens
en de Spanjaard
Juan Manuel Garate
. Opvallendste nieuwkomer was wereldkampioen veldrijden
Lars Boom
, die uit de opleidingsploeg van Rabobank kwam, net als
Kai Reus
, die terugkeerde na zijn dramatische val in 2007. Nadat het aantal zeges in 2008 tegenviel en de onrealistisch hoge doelstellingen nauwelijks werden gehaald, werd de seizoensopdracht vooir 2009 wat aangepast. Algemeen directeur Harold Knebel wilde in dit jaar vooral “initiatief en aanvalslust” en een “herkenbare strategie” zien.
[9]
. Zoals ieder jaar hoopte de ploeg op winst in een grote voorjaarsklassieker, en zou kopman
Denis Mensjov
zich op de grote rondes (Giro en Tour) richten.
In de eerste maanden van het wielerjaar laat Rabobank zich vaak zien in de koers. Sprinter
Graeme Brown
pakte traditioneel zijn ritjes mee in eigen land, terwijl
Joost Posthuma
de Ruta del Sol op zijn naam bracht. De aangekondigde aanvalslust werd vooral duidelijk tijdens de
Omloop Het Nieuwsblad
. Een Rabo-viertal nam de koers in handen door en groupe weg te rijden. Uiteindelijk eindigde
Sebastian Langeveld
van hen samen met
Heinrich Haussler
, de Duitse revelatie van het voorseizoen, op kop. Uit angst voor Langevelds geringe kansen in een sprint tegen Haussler liet ploegleider
Erik Dekker
de andere Raborenners meerijden in de achtervolging, hopend op meer overwinningskansen. Het kopduo werd vlak voor de streep wel bijgehaald, maar de winst ging naar de Noor
Hushovd
. Langeveld viel zelfs nog vlak voor de streep, en meer dan een podiumplek voor
Juan Antonio Flecha
zat er deze dag niet in voor Rabobank.
[10]
Ondanks deze tactische tegenvaller bleef Rabobank aanvallen. In
Parijs-Nice
pleegde de ploeg opnieuw een coup, en maakten ze het de concurrentie met waaiervorming erg lastig. Ditmaal zaten drie Raborenners in de kopgroep, maar wederom ging een andere ploeg met de overwinning aan de haal.
[11]
. In de
Ronde van Murcia
was Rabobank al net zo dominant aanwezig.
Menchov
won het eindklassement,
Brown
twee etappes, en er eindigden nog twee renners in de top tien.
[12]
Toch hield deze voortvarende seizoensstart niet stand.
Oscar Freire
kwam in de
Ronde van Californie
ten val, brak twee ribben, en kon zo de grote klassiekers vergeten.
[13]
.
Robert Gesink
kon een topklassering in de
Tirreno-Adriatico
vergeten door een valpartij
[14]
, terwijl
Bram Tankink
last bleef houden van een blessure aan het zitvlak
[15]
.
Zonder
Freire
begon de ploeg aan
Milaan-Sanremo
. Geen van de overige Raborenners kon serieus meestrijden om de zege. Ook in de Vlaamse koersen viste Rabobank telkens achter het net. Alleen
Graeme Brown
wist een eendagskoers te winnen, te weten
Nokere Koerse
. In de
Ronde van Vlaanderen
werd de ploeg “overvallen door rampspoed”, aldus de eigen website, refererend aan de vele valpartijen en lekke banden.
[16]
In
Gent-Wevelgem
werden er nog wel twee toptiennotering behaald, mede door de sterk ontwikkelende
Tom Leezer
. Dagsucces in
Parijs-Roubaix
wordt niet behaald als
Flecha
letterlijk uit de kopgroep valt. Pech achtervolgt de ploeg ook in de
Scheldeprijs Vlaanderen
.
Het heuveldrieluik start hoopgevend. De teruggekeerde
Freire
laat zich zien in de kopgroep, terwijl
Gesink
de finale inleidt door een sterke demarrage. Een week eerder was hij al knap zesde geworden in de
Ronde van Baskenland
. Hij eindigt voor het eerst in zijn carriere op het podium van een klassieker, maar blijkt een peesblessure te hebben opgelopen. Daardoor moest hij de
Waalse Pijl
, de koers die hem het beste lijkt te liggen, missen. De ploeg rijdt anoniem en kleurloos rond in deze Waalse koers. “Een wedstrijd om snel te vergeten”, aldus
Erik Breukink
[17]
. In
Luik-Bastenaken-Luik
doet Gesink weer mee, maar weet al snel dat hij “geen superbenen” heeft, waardoor hij tot een kansloze aanval overging.
Ook in laatste traditionele klassieker van het voorjaar, de tot
Eschborn-Frankfurt City Loop
omgedoopte Duitse koers die voorheen bekendstond als
Rund um den Henninger Turm
, weet Rabobank niet te winnen, maar is er wel een heuglijk feit: Lars Boom maakt zijn debuutin het ProTeam van de bankploeg.
De maand mei begint rooskleuriger dan april.
Oscar Freire
bewijst weer helemaal terug te zijn door in de
Ronde van Romandie
twee etappes te winnen.
Laurens ten Dam
zit in de koninginnenrit in de kopgroep en sprokkelt voldoende punten bijeen om de bergtrui te veroveren. De vorm van de Rabomannen blijkt groeiende, en dat betaalt zich in de eerste week van de
Giro
al uit:
Denis Mensjov
wint de 5e etappe, een bergrit naar Alpe di Siusi, en schenkt Rabobank daarmee het eerste dagsucces in de 13-jarige historie van de ploeg. Bovendien ontpopt
Ten Dam
zich als meesterknecht voor de Rus, die langzaam klimt in het klassement. In de monstertijdrit naar
Riomaggiore
, met daarin liefst twee zware beklimmingen, rijdt
Menchov
de concurrentie op minuten en pakt hij het roze. Zijn ploeggenoten laten vervolgens zien een sterk collectief te kunnen vormen, en verdedigen op knappe wijze acht dagen lang de leiderstrui. Menchov weerstaat alle aanvallen van met name
Danilo Di Luca
en verdedigt in de slottijdrit in
Rome
een voorsprong van iets minder dan een minuut. Een kilometer voor de finish komt Menchov op het gladde wegdek ten val, maar zijn voorsprong is voldoende om zijn mooiste succes ooit te behalen.
Tegelijk met de Giro rijdt een andere Rabo-selectie de
Ronde van Belgie
. Ondanks het vlakke parcours in de eerste etappes laat kopman
Lars Boom
zich van zijn meest aanvallende kant zien: de ene demarrage na de andere en meesprinten om elke bonificatieseconde. Boom rijdt in de Waalse etappe op indrukwekkende wijze een groot gat naar een kopgroep dicht, behaalt de leiderstrui en verdedigt deze in de slottijdrit met gemak: op dezelfde als Denis Menchov de Giro wint, pakt Boom zijn grootste internationale zege op de weg, na slechts 8 koersdagen op ProTeam niveau.
Na het grote succes in de
Giro
wordt Denis Menchov tot de favorieten voor de Tour-zege gerekend. De Rabobank-ploeg komt met een sterke selectie aan de start, die in juni vorm krijgt.
Robert Gesink
bewijst zijn vorm met een sterk optreden in de
Dauphine Libere
, waar hij net als in
2008
vierde wordt.
Stef Clement
wint de laatste etappe en behoort tot de betere tijdrijders. Ook
Koos Moerenhout
is in 2009 op dreef in de tijdritten ? eerst in Belgie en later in de Dauphine. Met oog op de ploegentijdrit lijkt dit een goed teken voor Rabobank. Het blijkt een luxeprobleem: Moerenhout valt uiteindelijk buiten de boot, terwijl hij nota bene Nederlands kampioen werd.
Daags voor de
Tour
komt er een vervelend bericht. Oud-renner
Thomas Dekker
wordt betrapt op het gebruik van doping in zijn Rabo-tijd, eind 2007
[18]
. Ook duiken er weer geruchten over betrokkenheid van Rabobank-renners bij een Oostenrijks dopinglaboratorium op. De directie van de ploeg probeert de aandacht te verschuiven naar de koers, maar de
eerste etappe
in
Monaco
verloopt niet ideaal. In de breedte vallen de prestaties van de ploeg tegen: vooral tijdritspecialisten Menchov, Clement en Posthuma rijden ondermaats. In de
derde etappe
missen alle Rabo’s de slag tijdens een waaieretappe, wat herinneringen oproept aan identieke situaties in vorige grote rondes waarbij Menchov tijd verloor. Voorafgaand aan de
ploegentijdrit
in
Montpellier
valt Clement, en tot overmaat van ramp valt Menchov in de tijdrit zelf, al in de tweede bocht. Bovendien had Freire nog geen punt gehaald voor het puntenklassement, terwijl topfavoriet
Mark Cavendish
al twee etappes won. De eerste Tourweek bereikte een voorlopig dieptepunt in de
vijfde etappe
, waar Robert Gesink ten val komt. Hij brak zijn pols en moet de Tour verlaten.
[19]
Ook Laurens ten Dam kwam ten val, op de Tourmalet, waar hij nog dagen last van had. Zijn klassementsambities waren al verdwenen door eerder opgelopen achterstand, door zijn fysieke ongemakken eindigde hij in de Elzas op meer dan 23 minuten in de grote bus. In
diezelfde rit
werd tot ieders verbijstering
Oscar Freire
vanuit het publiek beschoten met een luchtbuks, waar hij overigens geen grote verwondingen aan overhield. Als in de
19e etappe
, mogelijk de laatste kans op een etappezege in een toch al mislukte Tour, een grote groep met sterke renners wegrijdt zonder Raborenner, moet de ploeg vol in de achtervolging. Zonder hulp van andere geinteresseerde ploegen rijdt een vijftal van Rabobank een grote voorsprong op een enorme kopgroep dicht, hetgeen hen zowaar wat complimenten oplevert. Het leidt uiteindelijk weer niet tot een etappezege, en de kritiek op het rijden van de ploeg neemt toe. Op dezelfde dag wordt ook de bus van de ploeg nog eens bekogeld met stenen. De Tour lijkt dramatisch te gaan eindigen voor de bankiersformatie. In de
20e etappe
naar de
Mont Ventoux
, op papier de mooiste van deze Ronde, krijgt een grote kopgroep met deze keer wel twee renners van Rabobank (
Joost Posthuma
en
Juan Manuel Garate
) een riante voorsprong die pas laat wordt teruggebracht. Aan de voet van de klim rijdt Garate weg met
Tony Martin
en
Christophe Riblon
, en verdedigen ze een voorsprong van ruim 3 minuten. Aangezien de klassementsrenners al vroeg aan hun aanvallen beginnen, lijkt de vlucht gedoemd te mislukken, maar de vele tempowisselingen bij de favorieten breken hun tempo, terwijl Garate en Martin het zonder Riblon met een vlak tempo lang uit kunnen houden. Een kilometer voor de top is de voorsprong minder dan een minuut, maar groot genoeg om voor de zege te kunnen gaan. Een eerste demarrage van Garate mislukt nog, maar eenmaal teruggehaald door Martin weet hij in de laatste bocht toch een definitieve voorsprong te nemen. De Bask bezorgt Rabobank daarmee alsnog een fraaie overwinning.
Terwijl de Tourselectie zich door Frankrijk ploeterde, presteerden andere Raborenners zeer behoorlijk in kleinere rondes. In de
Ronde van Oostenrijk
werden twee etappezeges behaald, en eindigden twee renners hoog in het klassement. In de
Sachsen Tour
, bestaand uit vijf vlakke ritten, won
Sebastian Langeveld
twee keer en behaalden vier andere renners genoeg bonificatieseconden om ook in de top tien van het klassement te staan.
Pieter Weening
greep net naast het podium van de
Ronde van Polen
, en in de daaropvolgende ProTour-koers, de
Eneco Tour
, deden vrijwel alle Rabo-deelnemers mee om een goed eindklassement. Langeveld bleek uiteindelijk de beste van de Oranjebrigade, met een derde plaats in het eindklassement. Hij wist zijn sterke vorm van deze nazomer vol te houden in september, met winst van de eendagsklassieker
GP Jef Scherens
in Belgie. Graeme Brown behaalde ook een zege op Belgische bodem, de
Omloop van het Houtland-Lichtervelde
.
Kai Reus
boekte zijn eerste profzege door een etappe in de
Tour of Britain
op zijn naam te schrijven, waar hij tevens enkele dagen de leiderstrui aan overhield.
De Rabo-ploeg kwam vooral sterk voor de dag tijdens de
Ronde van Spanje
. Aanvallend rijden in de eerste etappes door Nederland leverden zowel
Tom Leezer
als
Lars Boom
de bergtrui op.
Robert Gesink
liet zich vervolgens zien in de bergetappes, waar hij van alle klassementsrenners de meeste tijdwinst pakte, en zo de leidende positie van
Alejandro Valverde
benaderde. Het hoogtepunt voor de ploeg kwam in de 15e etappe naar
Cordoba
, toen de wederom zeer actieve
Lars Boom
deel uitmaakte van een kopgroep die meer dan twintig minuten voor het peloton uit reed, en vervolgens zijn medevluchters het nakijken gaf tijdens de slotklim. Boom kwam solo over de finish en werd zo de eerste Nederlander in 4 jaar die een etappe in een Grote Ronde won. Aan het goede gevoel kwam een abrupt einde toen Gesink in de 17e etappe zwaar ten val kwam. Hij kon de ronde wel uitrijden, maar door een grote vleeswond aan zijn knie moest hij in de laatste bergetappe zijn concurrenten laten gaan. Gesink verloor enkele minuten en duikelde terug naar plaats zes.
Het grootste najaarsucces kwam in oktober op naam van Gesink, toen hij de
Giro dell Emilia
wist te winnen op de Monte della Guardia nabij
Bologna
. Met een zesde plaats in de
Ronde van Lombardije
verzekerde hij zich vervolgens van een plek in de top 10 van de
eerste UCI World Ranking
.
Voor de selectie en prestaties van het Continental Team, zie
Rabobank Continental Team/2009
.