De
oblast Kemerovo
(
Russisch
: Кемеровская область,
K
e
merovskaja
o
blast
), vaak
Koezbass
(Кузбасс) genoemd naar het
steenkoolwinningsgebied
waaruit het gebied bestaat, is een
oblast
(bestuurlijke eenheid) in het zuiden van
Russisch
West-Siberie
. Het ligt op de plaats waar het
West-Siberisch Laagland
de
Zuid-Siberische Gebergtes
ontmoet. Met een oppervlakte van ongeveer 95.800 km² is het ongeveer drie keer zo groot als
Belgie
.
De oblast Kemerovo is een van de kleinste deelgebieden van Siberie. Van noord naar zuid omspant het gebied bijna 500 kilometer en van oost naar west ongeveer 300 kilometer. Met een bevolkingsdichtheid van ongeveer 30 mensen per km² is het een van de
dichtstbevolkte
gebieden van Rusland. De oblast grenst in het noorden aan de
oblast Tomsk
, in het oosten aan de
kraj Krasnojarsk
en
Chakassie
, in het zuiden aan de autonome deelrepubliek
Altaj
en in het westen aan de
oblast Novosibirsk
en de
kraj Altaj
.
Geografisch gezien omvat de oblast de vlakke
Koeznetsk-depressie
met een aantal daaromheenliggende bergketens. Deze bergketens worden gevormd door de 500 kilometer lange
Koeznetskse Alataoe
in het noordoosten en oosten, de
Bergachtige Sjor
(
Gornaja Sjorieja
) in het zuiden en het veel oudere afgevlakte
Salairrug
in het zuiden. Het centrale vlakke deel omvat ongeveer de helft van de oblast en bestaat uit de Koeznetsk-depressie, die in het noorden overloopt in het
West-Siberisch Laagland
. In het centrale deel hiervan lopen de
Tradanov-heuvelrug
en de
Saltymakov-rug
. De hoogste bergpiek is de
Verchni Zoeb
op de grens met Chakassie met een hoogte van 2178 meter. Het laagste punt ligt op 78 meter in de riviervallei van de Tom aan de grens met de oblast Tom.
De Koeznetsk Alataoe loopt in het zuiden over in de bergketens van de
Altaj
, bestaat vooral uit
toendra
, bergweiden en sneeuwgebieden en is grotendeels onbewoond. Daarentegen wordt de Bergachtige Sjor wel bewoond, daar hier een aantal rivieren doorheen lopen. Het grootste deel van de bevolking woont echter in een van de steden in het steenkoolbekken zelf.
In de bodem bevinden zich voorkomens van
bruinkool
,
steenkool
,
ijzer
en minerale ertscomplexen,
goud
,
fosforieten
, bouwsteen en andere minerale voorraden.
De oblast ligt in het gebied met een
landklimaat
, met een gemiddelde temperatuur van -17 tot -20 °C in januari en +17 tot +18 °C in juli. De gemiddelde jaarlijkse neerslag varieert van 300 mm in de vlakke en heuvelachtige gebieden tot 1000 mm of meer in de berggebieden. Het aantal jaarlijkse vorstvrije dagen varieert van 100 dagen in het noorden tot 120 in het zuidwesten.
De rivieren in de oblast maken deel uit van het riviersysteem van de
Ob
, De belangrijkste rivieren zijn de
Tom
,
Inja
,
Kieja
,
Oerjoep
en
Tsjoemysj
, die een gezamenlijke lengte hebben van ongeveer 3000 kilometer. Daarnaast omvatten kleinere waterstromen en waterbekkens ongeveer 35.000 hectare binnen het gebied. Kleinere rivieren zijn de
Jaja
,
Kondoma
,
Mras-Soe
en de
Sary-Tsjoemysj
. Het grootste meer is het
Bertsjikoelmeer
in het noordoosten.
Her gebied ligt binnen de
taigazone
en heeft onder andere de
Siberische den
als begroeiing. In de hoogste berggebieden bevinden zich naast
toendrabegroeiing
ook bergweiden. In de lagere gebieden komen veel gemengde
sparren
-
ratelpopulierenbossen
met onderbegroeiing voor. Aan de voet van de berggebieden en in de dalen komt
steppe
en
bossteppe
voor met eilanden van
pijnboombossen
. In de Bergachtige Sjor en in de riviervallei van de Kondoma bij de plaats
Koezedejevo
komen eilanden van
Siberische linde
voor.
In het gebied leven
elanden
,
Siberische reeen
,
edelherten
en
rendieren
, waarvan de laatste alleen in de Koeznetsk Alataoe. Voorkomende roofdieren in het gebied zijn de
bruine beer
,
Euraziatische lynx
en de
veelvraat
. Op de
eekhoorns
en
muskusratten
wordt gejaagd vanwege de waarde van het bont. Voorkomende vogelsoorten zijn onder andere het
auerhoen
,
korhoen
en
hazelhoen
.
De oudste stad van de oblast,
Novokoeznetsk
, werd gesticht in
1618
als de
ostrog
Koeznetskski, kort na de verovering van Siberie door de
kozakse
ataman
Jermak
. Het is nog steeds de grootste stad in het gebied, zelfs groter dan de hoofdstad
Kemerovo
. Vanuit dit fort en vanuit
Tomsk
, dat 14 jaar eerder werd gesticht, begon vanaf de 18e eeuw de delfstoffenwinning. In 1698 gaf
Peter de Grote
, na gehoord te hebben over de vondsten van
zilver
in de rivier de
Zolotoj Kitat
, opdracht aan de
vojevoda
van het
gouvernement Tomsk
om het gebied open te stellen voor de exploitatie van delfstoffen. In
1721
vond een kozak de eerste
steenkool
bij de rivier de
Tom
, wat het begin vormde van de Koezbass.
Industrieel
Akinfi Demidov
begon aan het begin van de 18e eeuw met de industrialisatie van het gebied. Later
nationaliseerde
de staat zijn eigendommen in kader van het landsbelang. Er ontstonden ijzer- en zilversmelterijen, maar lange tijd werd het gebied nauwelijks ontwikkeld, daar de focus van de adellijkheid op de industrialisatie van
Europees Rusland
lag en het gebied bovendien alleen te bereiken was over de lange
Siberische Trakt
.
Aan het einde van de 19e eeuw, na de aanleg van de
Trans-Siberische spoorlijn
, veranderde de bereikbaarheid en groeide daarmee ook de aandacht voor de industriele ontwikkeling van de ferro- en non-ferro delfstoffenvoorraden, steenkoolvoorraden en houtvoorraden in het gebied.
Begin 20e eeuw kwamen de eerste
mijnbouw
- en
metallurgische
industrieen op. Na de
Oktoberrevolutie
werd de
Koezbass
of
steenkolenbekken Koeznetsk
("smit") eerst onderdeel van de
kraj West-Siberie
en vervolgens van de
oblast Novosibirsk
.
De Koezbass ontstond als industrieel gebied in de jaren '20 bij het eerste
vijfjarenplan
. Onder leiding van de
Nederlandse
ingenieur en zakenman
Sebald Rutgers
werd in 1921 bij de
Krasnaja Gorka
("Rode Heuvel") bij het huidige
Kemerovo
aan de rivier de Tom een industrieel modelbedrijf (
Autonome Industriele Kolonie
of AIK) gebouwd als een samenwerkingsproject tussen enthousiaste Russische, West-Europese en Amerikaanse communistische werkkrachten om de steenkolenindustrie te ontwikkelen. Uit het niets werd met blote handen de industrie op gang gebracht. De mijnbouw werd hierbij behoorlijk gemoderniseerd. Hoewel de AIK een groot aantal tegenslagen kende en lang niet de omvang bereikte die vooraf was voorzien, zorgde ze toch voor de opkomst van de Koezbass. In 1926 kwam de Nederlandse architect
Johannes van Loghem
naar Kemerovo en liet er een aantal arbeiderswijken bouwen met typisch Nederlandse rijtjeswoningen (
kolbasy
; "worsten" genoemd onder de lokale bevolking) en de steenkolenfabriek aan de overkant van de Tom omgeven door parken vanuit het idee van een "groene stad". Deze parken zijn inmiddels allemaal verdwenen. In 1924 stierf Lenin, wat voor problemen zorgde bij de AIK. In 1926 droeg Rutgers daarop de AIK langzamerhand over aan de Sovjetautoriteiten en vertrok uit de Sovjet-Unie. Andere buitenlandse architecten en ingenieurs verdwenen in dezelfde periode door de steeds sterker wordende censuur en staatstoezicht. Uit de AIK ontstond later de stad Kemerovo.
In het kader van het plan
GOELRO
werd eveneens in de jaren '20 het
industrieel complex
Oeral-Koezbass opgezet met het steenkoolgebied rond
Bogoslovsk
. In de jaren '20 en '30 groeide de Koezbass uit tot een gigantische bouwput, waarbij de steenkoolindustrie en aanverwante chemische industrie en metallurgie werd ontwikkeld en uitgebouwd. Ook ontstonden de huidige grote steden gedeeltelijk in die tijd. Nog voor de start van de
Tweede Wereldoorlog
woonde al de helft van de bevolking van de Koezbass in stedelijke gebieden.
Tweede Wereldoorlog: Groei en ontstaan oblast Kemerovo
[
bewerken
|
brontekst bewerken
]
Tijdens de oorlog werd in Kemerovo een
Cokes
-chemisch complex gebouwd, dat tijdens de oorlog een gedeelte van de steenkool leverde voor de
defensieindustrie
in de Oeral. Van het staal dat uit de Koezbass kwam werden 50.000 tanks en 45.000 vliegtuigen gebouwd tijdens de oorlog. Ook werden 71 fabrieken uit Europees Rusland naar het gebied gebracht en daar weer in gang gesteld. Hierdoor nam de industriele capaciteit van het gebied toe met de helft. Na de oorlog bleven veel van deze fabrieken in de Koezbass. Midden in de oorlog werd in verband met het verwachte toekomstige belang van de Koezbass voor de defensieindustrie besloten dat het gebied een eigen gebied zou moeten vormen: Op
26 januari
1943
werd de oblast Kemerovo afgescheiden van de oblast Novosibirsk als zelfstandige oblast rond de Koezbass. Bij de afsplitsing omvatte dit gebied 17,5% van het grondgebied van oblast Novosibirsk en 42% van de bevolking. Het gebied groeide door de steenkoolmijnbouw uit tot een van het de meest verstedelijkte oblasten van Rusland. Meer dan 70% van de bevolking leeft in negen regionale industriele centra.
In de jaren 80 brak een crisis uit in de steenkoolmijnbouwsector die resulteerde in massale stakingen door de arbeiders in 1989 en 1990. Na de val van de Sovjet-Unie verergerde de situatie zich nog verder door het verdwijnen van de
planeconomie
en de daarmee gepaard gaande staatsorders. In de jaren 90 werden daarom economische hervormingen doorgevoerd met steun van het
Internationaal Monetair Fonds
en de
Wereldbank
om het gebied weer op gang te helpen. De meest onrendabele mijnen werden hierbij gesloten. Van de herstructurering en modernisering van de industrie kwam echter weinig terecht. Nog steeds kampt de mijnbouwsector met verouderde apparatuur. Het werk in de mijnen is vaak erg gevaarlijk en er vallen gemiddeld 60 doden per jaar door
methaanexplosies
. Doordat 70% van de mijnen in handen kwam van de
private sector
werden de mijnwerkers de dupe van de situatie; hun sovjetprivileges en de machtige vakbonden verdwenen, waardoor hun lonen en levenssituatie drastisch daalden. Stakingen zijn sinds de jaren 90 nauwelijks nog voorgekomen. Bij laagconjunctuur worden vaak de lonen te laat of niet uitbetaald en wordt het met veiligheidsmaatregelen minder nauw genomen. De laatste jaren is echter vooruitgang geboekt door een aantal federale projecten.
Nog steeds wordt de economie gedomineerd door de mijnbouw en de metallurgie met daarnaast de werktuigbouw en de chemische industrie. In het gebied wordt 35% van de cokes-productie van Rusland gerealiseerd. Belangrijke centra voor de steenkoolindustrie zijn
Prokopjevsk
,
Mezjdoeretsjensk
, Kemerovo,
Novokoeznetsk
en
Osinniki
. De mijnen liggen door een groot deel van de oblast verspreid. De mijnbouw- en metallurgische industrie bevindt zich vooral in de zuidelijke steden Novokoeznetsk en
Tasjtagol
. In
Joerga
bevindt zich
machinebouw
en in Kemerovo
chemische industrie
. Stroom wordt geleverd door waterkrachtcentrales bij
Kantan
en
Myski
. In het noorden en in de buurt van de steden vindt landbouw plaats. In de Koezbass overheerst de vruchtbare
zwarte aarde
.
Het gebied wordt doorsneden door een aantal spoorlijnen. Hieronder vallen de
Trans-Siberische spoorlijn
en de
Zuid-Koezbasstak van de West-Siberische spoorlijn
. Bij de steden Kemerovo en Novokoeznetsk bevinden zich internationale luchthavens.
De economie in de oblast heeft banden met landen uit het
GOS
, de
EU
,
ASEAN
, de
Volksrepubliek China
,
Mongolie
,
Polen
en
Duitsland
.
Van de bevolking is 85% woonachtig in stedelijke gebieden, waarmee het een van de meest geurbaniseerde deelgebieden van Rusland is. Van de bevolking bestaat meer dan 90% uit
Russen
. In het zuiden wonen de
Oirat-Mongoolse volkeren
Teleoeten
en
Sjors
.
Bevolkingsontwikkeling
[1]
1926
| 1939
| 1959
| 1970
| 1979
| 1989
| 2002
|
798.000
| 1.654.000
| 2.786.000
| 2.918.000
| 2.958.000
| 3.175.000
| 2.899.100
|
De oblast Kemerovo bestaat uit de volgende districten (Russisch:
rajons
, районы):
- Belovski (Беловский)
- Goerjevski (Гурьевский)
- Izjmorski (Ижморский)
- Jajski (Яйский)
- Jasjkinski (Яшкинский)
- Joerginski (Юргинский)
- Kemerovski (Кемеровский)
- Krapivinski (Крапивинский)
- Leninsk-Koeznetski (ленинск-Кузнецкий)
- Mariinski (Мариинский)
- Mezjdoeretsjenski (Междуреченский)
- Novokoeznetski (Новокузнецкий)
- Prokopjevski (Прокопьевский)
- Promysjlennovski (Промышленновский)
- Tasjtagolski (Таштагольский)
- Tisoelski (Тисульский)
- Tjazjinski (Тяжинский)
- Topkinski (Топкинский)
- Tsjeboelinski (Чебулинский)
Bronnen, noten en/of referenties
|