Prins
Naruhiko Higashikuni
(
Japans
: 東久邇宮 稔彦王,
Higashikuni no miya Naruhiko ?
) (
Kioto
,
3 december
1887
?
Tokio
,
20 januari
1990
) was de 43e
minister-president van Japan
. Hij bezat deze positie van
17 augustus
tot
9 oktober
1945
; een totaal van 54 dagen.
Naruhiko Higashikuni was een oom van keizer
Hirohito
. Tot op heden is hij het enige lid van de
Japanse keizerlijke familie
dat ooit aan het hoofd van een kabinet stond.
Prins Naruhiko Higashikuni werd geboren in als negende zoon van prins
Kuni Asahiko
en hofdame Terao Utako. Zijn vader was zelf zoon van prins
Fushimi Kuniie
, het 20e hoofd van de
Fushimi-no-miya
. Tijdens de
Meijiperiode
kreeg prins Naruhiko van keizer
Meiji
de titel van
Higashikuni no miya
, en toestemming om een nieuwe tak van de keizerlijke familie te stichten. Naruhiko’s halfbroers
Asaka Yasuhiko
,
Nashimoto Morimasa
, en
Kaya Kuninori
, vormden eveneens nieuwe takken van de keizerlijke familie.
Naruhiko trouwde met prinses Toshiko, de negende dochter van keizer Meiji. Samen kregen ze vier zonen:
- Prins Higashikuni Morihiro
- Prins Moromasa
- Prins Akitsune
- Prins Toshihiko
Prins Higashikuni Naruhiko studeerde in 1908 af aan de
Japans Keizerlijk Leger
-academie. In 1914 studeerde hij af aan het Legercollege. Hij werd in 1915 benoemd tot
majoor
van de 7e Divisie van het Japanse Keizerlijke Leger.
Van 1920 tot 1926 studeerde Prins Naruhiko militaire
tactieken
aan het
Ecole Speciale Militaire de Saint-Cyr
in
Parijs
. Hier hield hij er gedrag op na dat als een schande voor de Keizerlijke familie werd gezien; zo had hij een Franse minnares en keerde niet terug naar Japan bij de dood van zijn tweede zoon.
Bij zijn terugkeer in Japan werd Prins Naruhiko bevorderd tot
generaal-majoor
. Hij diende in het Japanse leger gedurende de
Tweede Chinees-Japanse Oorlog
en de
Tweede Wereldoorlog
. Hij werd tijdens deze oorlogen onder andere bevorderd tot
generaal
en kreeg de
Orde van de Gouden Wouw
.
Reeds in 1941, voor de start van de Tweede Wereldoorlog, vroeg toenmalig minister-president
Fumimaro Konoe
Prins Higashikuni Naruhiko om zijn opvolger te worden.
[1]
Konoe was van mening dat alleen een lid van de Keizerlijke familie met een gedegen militaire achtergrond het oorlogsbeleid dat door generaals
Hajime Sugiyama
,
Hideki Tojo
, en
Akira Mut?
werd doorgevoerd in toom kon houden. Zowel keizer Hirohito als
Kido Koichi
vonden het echter ongepast dat een lid van de Keizerlijke familie het kabinet zou gaan leiden, daar de minister-president alle schuld van wat er tijdens de oorlog fout zou gaan op zich zou moeten nemen.
Toen Japan de oorlog had verloren en de
Verklaring van Potsdam
tekende, werd Prins Higashikuni Naruhiko alsnog benoemd tot nieuwe minister-president. Hij volgde admiraal
Kantar? Suzuki
op. Zijn kabinet hield zich onder andere bezig met het ordelijk afwerken van de
demobilisatie
van het Japanse leger.
In oktober 1945 trad prins Higashikuni af als minister-president vanwege een geschil met de geallieerden over de verwerping van de vredeswet uit 1925.
In 1946 vroeg Higahikuni toestemming aan keizer Hirohito om afstand te mogen doen van zijn titel, maar dit werd geweigerd. Op 17 oktober 1947 maakten de Amerikanen echter een einde aan de vele subtakken van de Keizerlijke familie als onderdeel van hun herstructurering van de Japanse overheid. Hierdoor verloren zowel Higahikuni als veel andere prinsen hun titels en rijkdommen.
Als burger stond Higahikuni aan het hoofd van veel onsuccesvolle bedrijven. Hij riep zelfs een eigen
sekte
gebaseerd op het
Zen
-Boeddhisme in het leven. Deze hield niet lang stand.
In 1957 werd de voormalige prins erevoorzitter van de
International Martial Arts Federation
(IMAF).
In 1958 publiceerde Higashikuni zijn oorlogsbiografie onder de titel
Ichi Kozoku no Senso Nikki
.
Higahikuni stierf uiteindelijk op 102-jarige leeftijd aan
hartfalen
. Hij overleefde zijn vrouw, twee van zijn zonen, zijn broers en zijn neef, keizer Hirohito.
Bronnen, noten en/of referenties
- ↑
Peter Wetzler,
Hirohito and War
, 1998, p.41
|