Muzen
|
Μο?σαι, muze (enkelvoud)
|
Muzen
|
Oorsprong
|
Griekse mythologie
|
Gedaante
|
Godinnen
|
Associatie
|
Godinnen van
kunst
en
wetenschap
,
symbool
van de
inspiratie
|
Literaire bronnen
|
Theogonia
,
Metamorfosen
,
Ilias
,
Odyssee
,
Aeneis
|
Verwantschap
|
Ouders
|
Zeus
|
Siblings
|
Apollo
|
|
De negen muzen ? Clio, Thaleia, Erato, Euterpe, Polyhymnia, Calliope, Terpsichore, Urania en Melpomene ? op een Romeinse
sarcofaag
uit de 2e eeuw.
|
|
Clio 16e-17e eeuw
[1]
De negen
muzen
,
Oudgrieks
:
Μο?σαι
, waren in de
Griekse mythologie
de
godinnen
van
kunst
en
wetenschap
. Zij waren het
symbool
van de
inspiratie
. Het begrip muze, dat tegenwoordig nog steeds wordt gebruikt in de betekenis van inspiratiebron, is hiervan afgeleid.
Een tempel ter ere van de muzen heette in het Grieks
mouseion
. Daar is
museum
van afgeleid, maar ook
muziek
komt van de muzen.
In de mythologie van het
oude Griekenland
waren de negen muzen dochters van
Zeus
en de zussen van
Apollo
, die ze vaak begeleidden.
Apollodorus van Athene
noemt
Mnemosyne
, het
geheugen
, de moeder van de muzen, maar ze zijn in andere versies weer de dochters van
Gaia
en
Ouranos
, de aarde en de lucht. Dat houdt mogelijk verband met hun voorstelling als inspirerende kracht: kunstenaars konden 'geestkracht' door hun
adem
opdoen.
Er waren aanvankelijk drie muzen of werden de muzen als
triade
voorgesteld. Namen voor de drie muzen waren Melete, voor 'meditatie', Mneme, voor de 'herinnering' en Aoede, voor het 'lied'. De dichter
Hesiodos
is de eerste dichter, waarvan bekend is, dat hij over negen muzen schreef. Hij noemde ook bij ieder het gebied waarvoor zij de muze waren.
De muzen gingen het liefst naar
bergen
. Ze bleven op de
Olympus
aan de kant van
Pieria
en op de
Parnassus
bij de bron van
Castalia
, die inspiratie bood voor de
dichtkunst
aan diegenen die van haar water dronken of luisterden naar haar zachte geluid. Ze gingen ook naar de
Helikon
, waar ze hun tijd op de met gras begroeide vlakten bij de bron
Hippocrene
, aan de voet van de berg, doorbrachten. Ze wedijverden daar met de Pieriden, de dochters van de
Macedonische
koning Pierus. Dat viel in het voordeel van de muzen uit en de Pieriden werden in
eksters
veranderd.
De Romeinen identificeerden de muzen later met de
Camenae
, de Italiaanse bronnimfen.
De negen muzen zijn:
Kunstenaars riepen vaak de muzen aan om inspiratie te krijgen vooraleer ze aan een kunstwerk begonnen.
Homerus
begint zowel de
Ilias
als de
Odyssee
met het aanroepen van een muze:
Bezing, godin, de wrok van Achilles...
en:
Vertel mij, muze, over de man...
Hij roept in de Ilias nog een keer de hulp van de muzen in, dit keer om hem te vertellen vanuit welke streken welke soldaten en welke hoofdmannen kwamen.
Vergilius
vroeg hulp aan een muze in de
Aeneis
om zijn verhaal te vertellen:
Muze, breng mij de oorzaken in herinnering...
Latere schrijvers als
Geoffrey Chaucer
,
William Shakespeare
,
Dante
en
John Milton
namen dit gebruik over en riepen de muzen aan in hun eigen werken. Zo begint het
epische
gedicht
Paradise Lost
van Milton met de regels
Sing Heav'nly Muse, that on the secret top of Horeb, or of Sinai, didst inspire...
en start Shakespeare zijn toneelstuk
Henry V
met
O for a Muse of fire, that would ascend the brightest heaven of invention...
Er zijn altijd mannelijke kunstenaars en wetenschappers geweest, die een vrouw aan hun zijde hadden die door de kunstenaar hun "muze" werden genoemd: een vrouw die hun scheppingsdrang zou aanwakkeren. Bekende voorbeelden zijn
Beatrice Portinari
voor
Dante Alighieri
,
Laura
voor
Francesco Petrarca
,
Gala
voor
Salvador Dali
,
Francoise Gilot
voor
Pablo Picasso
en
Joan Baez
en
Sara Lownds
voor
Bob Dylan
.
Bronnen, noten en/of referenties
|