Greg Ray
(
Dallas
(
Texas
),
3 augustus
1966
) is een
Amerikaans
voormalig autocoureur. Hij won het
Indy Racing League
kampioenschap van
1999
.
Ray werd in 1994 derde in het
Atlantic Championship
. Hij won drie races dat jaar. In 1996 reed hij in de
Indy Lights
series en werd twaalfde in de eindstand. Vanaf het seizoen 1996-1997 reed hij in de
Indy Racing League
tot zijn afscheid tijdens het seizoen van 2004. In 1999 won hij twee keer de race op
Pikes Peak
, waar twee keer gereden werd dat jaar en later de race in
Dover
en won het kampioenschap. In 2000 en 2001 won hij in
Atlanta
. Hij won in zijn
IndyCar
carriere vijf races en stond veertien keer op poleposition. Hij reed acht keer de
Indianapolis 500
, met als beste resultaat een achtste plaats in 2003. Hij vertrok drie keer vanaf de tweede startplaats in deze legendarische race en in 2000 vertrok hij van op polepostion. Hij reed 26 ronden aan de leiding maar moest vroeg opgeven wegens een crash en werd 33ste en laatste in de race.
Ray maakte zijn debuut voor het team van Knapp Motorsports en sloot zijn rookie seizoen af op de 29ste plaats met 73 punten. Tijdens de race op
Texas Motor Speedway
behaalde hij zijn beste resultaat van het seizoen, hij kwam in die race als 8ste over de finish.
Ray reed opnieuw het grootste gedeelte van het seizoen voor Knapp Motorsports, hij reed ook nog twee wedstrijden voor
A.J. Foyt Enterprises
. De hoogtepunten van zijn seizoen waren de snelste ronde tijdens de wedstrijd op
Dover International Speedway
en een tweede plaats behaald op
Texas Motor Speedway
na een interessant gevecht om de zege met
Billy Boat
. Ray sloot zijn seizoen af op de 21ste plaats met 128 punten.
Tijdens het race weekend op
New Hampshire Motor Speedway
in 1998 werd bekendgemaakt dat Ray in 1999 de overstap zou maken naar
Team Menard
, om daar
Tony Stewart
op te volgen die de overstap ging maken naar de
NASCAR Sprint Cup Series
. Het zou een zeer succesvol seizoen worden voor Ray, want hij won het kampioenschap met 293 punten en drie overwinningen. Hij won beide races op
Pikes Peak International Raceway
en hij won ook nog de race op
Dover International Speedway
.
Ray zou er in 2000 niet in slagen om zijn titel te prolongeren, hij sloot het seizoen af op de 13de plaats met 172 punten. De hoogtepunten van zijn seizoen als regerend kampioen waren de poleposition voor de
Indianapolis 500
en de overwinning op
Atlanta Motor Speedway
, een race die hij vanaf poleposition was gestart.
Ray had een zwaar seizoen in 2001, nadat hij slechts als 18de met 193 punten was geeindigd in de eindstand. Toch had het seizoen ook wel zijn positieve kenmerken, omdat hij vier keer op poleposition stond en opnieuw de wedstrijd op
Atlanta Motor Speedway
wist te winnen. Hij was tijdens die race ook vanaf poleposition vertrokken, reed de meeste ronde aan de leiding en zette ook nog de snelste ronde van de race neer. Dit was Ray's laatste overwinning uit zijn
IndyCar
carriere. Later in het seizoen zou hij worden vervangen door
Jaques Lazier
en zou Ray de overstap maken naar het team van
A.J. Foyt Enterprises
, waar hij in 1998 ook al een aantal races voor reed.
Ray had een zwaar seizoen in 2002, hij reed ook tijdens dit seizoen voor
A.J. Foyt Enterprises
en een aantal races voor
Sam Schmidt Motorsports
. Ondanks dat hij liet zien over enorm veel talent te beschikken, werd de man het hele jaar geteisterd door mechanische pech. Op
Richmond International Raceway
leek Ray onderweg naar zijn zesde IndyCar zege, maar helaas liet zijn motor hem in de steek en werd hij slechts als 12de geklasseerd. Ray eindigde het seizoen als 23ste met 128 punten.
Ray besloot om zijn eigen team te beginnen, Access Motorsports. Ondanks dat het team het financieel af en toe behoorlijk zwaar had, kwamen er wel degelijk goede resultaten naar boven. Ray kwam zes keer aan de finish in de top 10, met als beste resultaat vier 8ste plaatsen behaald op de
Indianapolis 500
,
Kansas Speedway
,
Gateway International Raceway
en
Texas Motor Speedway
. Ray sloot het seizoen af als 15de met 253 punten.
Het team zat financieel opnieuw in zwaar weer. Toch behaalde Ray opnieuw goede resultaten tijdens het begin van het seizoen. Zo kwam hij als 10de aan bij de finish tijdens de race op
Phoenix International Raceway
en behaalde hij zijn beste resultaat met zijn eigen team ooit door op
Texas Motor Speedway
als zevende over de eindstreep te komen. Een ander hoogtepunt was dat Ray zich als tweede had gekwalificeerd voor de Indy Japan 300 op
Twin Ring Motegi
. Na de race op
Richmond International Raceway
besloot hij om Mark Taylor zijn wagen voor de rest van het seizoen te laten besturen, zodat hij meer aandacht kon schenken aan de financiele problemen die het team had, die vooral te wijten waren aan het gebrek aan sponsors. Het doel van Ray was namelijk om voor
2005
twee wagens fulltime in te zetten voor hemzelf en de talentvolle Mark Taylor, die tijdens de tweede seizoenshelft drie keer in de top 10 reed met twee 7de plaatsen op
Nashville Superspeedway
en
Texas Motor Speedway
als beste resultaat. De stekker moest echter vlak na het IndyCarseizoen van
2004
uit het team worden getrokken, en zo besloot Ray ook om een punt achter zijn IndyCarcarriere te zetten. Opvallend genoeg deed Mark Taylor hetzelfde. Ray zou zich gaan wijden aan het bedrijfsleven en Taylor zou tijd gaan doorbrengen met zijn gezin. Ray sloot zijn laatste IndyCarseizoen af op een 23ste plaats met 99 punten.
Ray was actief in de
IndyCar Series
van
1996
tot en met
2004
en heeft in deze relatief korte periode, een hoop successen behaald. Hij stond 15 keer op poleposition, scoorde 5 overwinningen, reed achtmaal in de top 5 en twintigmaal in de top 10, won een keer het IndyCar kampioenschap in
1999
en heeft een 8ste plaats als beste resultaat op de
Indianapolis 500
die hij behaalde in
2003
toen hij reed voor zijn eigen team, Access Motorsports.
Indy Racing League resultaten (aantal gereden races, aantal maal in de top 5 van een race, eindpositie kampioenschap en punten)
Jaar
|
Races
|
1ste
|
2de
|
3de
|
4de
|
5de
|
Rang
|
Ptn
|
1996-97
|
5
|
-
|
-
|
-
|
-
|
-
|
29
|
73
|
1998
|
9
|
-
|
1
|
-
|
-
|
-
|
21
|
128
|
1999
|
10
|
3
|
1
|
1
|
-
|
-
|
1
|
293
|
2000
|
9
|
1
|
-
|
-
|
-
|
-
|
13
|
172
|
2001
|
10
|
1
|
-
|
-
|
-
|
-
|
18
|
193
|
2002
|
11
|
-
|
-
|
-
|
-
|
-
|
23
|
128
|
2003
|
13
|
-
|
-
|
-
|
-
|
-
|
15
|
253
|
2004
|
6
|
-
|
-
|
-
|
-
|
-
|
23
|
99
|