Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De
Gele Tulbandenopstand
was een opstand die in 184 op verschillende plaatsen in
China
tegelijk uitbrak tegen de gevestigde
Oostelijke Han-dynastie
.
[1]
Aanvoerder van de opstand was
Zhang Jue
(張角), een taoistische spirituele leider. De opstand werd in hetzelfde jaar goeddeels onderdrukt, met name door toedoen van de Han-generaals
Huangfu Song
en
Zhu Jun
, maar zou nog zeker twee decennia blijven naweeen met kleinere opstanden en gevechten.
Rond het jaar 180 heerste er in het
Chinese Keizerrijk
onrust. Het centrale gezag was zwak;
Keizer Ling
was in de greep van de
eunuchen
in het paleis en veel ministers waren corrupt. Het land lag er slecht bij.
In de volgende jaren was er een hongersnood door mislukte oogsten, waardoor de bevolking met voedseltekorten kampte. De regering deed niets om haar onderdanen te helpen, en de burgers werden veroordeeld tot verhongering.
Zhang Jue was al jaren voor de opstand bezig met het verwerven van aanhangers onder de boerenbevolking, die zich onderscheidden door het dragen van een gele tulband. Aanhangers werden verspreid over 16 Divisies ('Fang' 方) en elke Divisie kreeg een leider toegewezen. Hij geloofde dat de Gele Tulbanden in het jaar 184 (dat “Jiazi” werd genoemd), een boerenregime zouden kunnen vestigen.
Jiazi
was het eerste jaar van een nieuwe cyclus van 60 jaar, een soort millennium. Zijn vertrouweling
Ma Yuanyi
was een van de Divisieleiders die de opstand organiseerde die daartoe zou moeten leiden. Ma Yuanyi wist in de Han-hoofdstad
Luoyang
de steun te verwerven van enige eunuchen aan het keizerlijk hof, maar werd voortijdig door een overloper verraden en geexecuteerd.
Zhang Jue die zichzelf “Hemels Generaal” noemde, zag zich na de executie van Ma Yuanyi genoodzaakt de opstand eerder dan gepland in te zetten. Hij werd hierbij geholpen door zijn jongere broers
Zhang Bao
(de “Generaal van de Aarde”) en
Zhang Liang
(de “Generaal van de Mensen”). Zijn aanhangers begonnen op een afgesproken moment gelijktijdig met grootschalige aanvallen op regeringsfunctionarissen die hierbij massaal werden vermoord. De opstand overrompelde keizer Ling. Deze benoemde de broer van de keizerin,
He Jin
, tot opperbevelhebber bij de verdediging van Luoyang. Generaal
Lu Zhi
werd erop uitgezonden om Zhang Jue te bevechten. De generaals Huangfu Song en
Zhu Jun
moesten in
Yingchuan
(in de huidige provincie
Henan
) de Gele Tulbanden aanvallen, die onder leiding stonden van
Bo Cai
. Bo Cai wist de aanval in eerste instantie af te slaan. Toen het Han-leger vervolgens gebruik maakte van een droge storm om het kamp van de Gele Tulbanden in brand te zetten, sneuvelden Bo Cai en tienduizenden opstandelingen. Tegelijkertijd had Zhang Jue zich in de stad
Guangzong
(in de huidige provincie
Hebei
) verschanst tegen de aanval van Lu Zhi en wist daar stand te houden. Lu Zhi werd vervangen door Huangfu Song die met een verrassingsaanval meer dan 80.000 Gele Tulbanden wist uit te schakelen. De opstandelingen trokken zich vervolgens terug in Xiaquyang maar werden ook daar door Huangfu Song verslagen, waarbij 100.000 Gele Tulbanden sneuvelden. Ook Zhang Jue en zijn twee broers stierven. Na 9 maanden was de opstand neergeslagen.
Na de opstand, bleven er nog lange tijd schermutselingen plaatsvinden. De Gele Tulbanden waren bovendien niet geheel uitgeschakeld. In 192 waren er nog 30.000 Gele Tulbanden actief in het gebied van de huidige provincie Shangdong. In 205 was hun aantal in het gebied van de huidige provincie Hebei weer toegenomen tot 100.000. De Han-dynastie was ernstig verzwakt en zou in 220 bezwijken door diverse militaire coups.
Bronnen, noten en/of referenties
- ↑
Encarta-encyclopedie Winkler Prins (1993?2002) s.v. "tweede eeuw §4. China". Microsoft Corporation/Het Spectrum.
|