Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De
Gagaoezen
(
Gagaoezisch
:
Gagauz
, meerv.
Gagauzlar
;
Russisch
: гагаузы,
gagauzij
) vormen een
Turks
volk in Zuidoost-Europa, dat zich van de meeste andere Turkse volkeren onderscheidt doordat ze niet
islamitisch
, maar overwegend
oosters-orthodox
zijn. Hun taal, het
Gagaoezisch
, is nauw verwant met het
Turks
van
Turkije
. De Gagaoezen zijn overigens in sterke mate
gerussificeerd
.
Gagaoezen zijn in kleine aantallen in bijna alle
Balkanlanden
te vinden, maar hun zwaartepunt ligt in
Moldavie
en de rest in de daaraan grenzende zuidwestelijkste hoek van
Oekraine
. In Moldavie genieten ze sinds eind 1994 autonomie in de regio
Gagaoezie
. In 1989 woonden er in de toenmalige
Sovjet-Unie
173.000 Gagaoezen, waarvan 153.000 in Moldavie. De stad
Comrat
is de hoofdplaats van Gagaoezie.
De Gagaoezen stammen af van immigranten die vanaf 1817 van de destijds
Ottomaanse
(Turkse) Balkan (in het bijzonder vanuit de
Dobroedzja
) uitweken naar de
Boedzjak
, een steppegebied aan de Zwarte Zee.
Boedzjak
is het zuidelijkste gedeelte van
Bessarabie
, het gebied dat nu Moldavie heet, en in 1812 door
Rusland
op het Ottomaanse Rijk was veroverd. Uit de nieuw veroverde gebieden werd de islamitische Turkse en
Tataarse
bevolking verdreven omdat aan hun loyaliteit met de nieuwe Russische heersers werd getwijfeld. Zij trokken naar gebieden die onder Ottomaans beheer bleven. Voor hen in de plaats kwamen christelijke Turken, die op hun beurt door de Ottomaanse autoriteiten onder druk gezet werden om te vertrekken, zodat er eigenlijk van een uitwisseling sprake was.
De Gadschalen in het Turks (Gacallar) zijn een speciale Turkse taalsprekende groep die de moslimsubgroep van de Gagaoezen vormen. Ghadschalen, houden zich aan de
islam
en wonen in
Turkije
en
Oost-Thracie
en
Bulgarije
en
Deliorman
[1]
Europese etniciteiten en nationaliteiten
Bronnen, noten en/of referenties
|