Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Francois Louis Joseph Du Bus
(
Doornik
,
22 januari
1791
-
16 januari
1873
) was lid van het
Belgisch
Nationaal Congres
.
Francois Du Bus was een van de zeven kinderen van advocaat Francois-Joseph du Bus (1757-1835) en Marie-Aimee Philippart (1761-1850). Vader Francois Joseph was rechter geworden in de rechtbank van eerste aanleg van Doornik en lid van de
Tweede Kamer
voor de
Nederlandse
provincie
Henegouwen
, die het Franse departement
Jemappes
verving. Zoon Francois Louis werd licentiaat in de rechten aan de
Ecole de Droit in Brussel
en vestigde zich als advocaat in Doornik in 1811. Hij werd lid van de
Provinciale Staten
van Henegouwen (1824-1825) en
gemeenteraadslid
van Doornik (vanaf 1825).
In 1830 werd hij actief bij de revolutionairen. Het
Voorlopig Bewind
benoemde hem in de Commissie die een Grondwet moest voorbereiden.
Het arrondissement Doornik stuurde hem naar het
Nationaal Congres
. Hij behoorde tot de katholieke verkozenen en dit kleurde zijn stemgedrag. Hij stemde met de meerderheid voor de onafhankelijkheidsverklaring, voor de eeuwigdurende uitsluiting van de Nassaus, voor
Leopold van Saksen-Coburg
en voor de aanvaarding van het
Verdrag der XVIII artikelen
. Hij stemde voor de eerste kandidaat-koning niet voor de
hertog van Nemours
maar voor de
hertog van Leuchtenberg
. Voor het regentschap stemde hij niet voor
Surlet de Chokier
maar voor
Felix de Merode
. Dit was dan telkens omdat hij geen kandidaat wilde steunen die uit Frankrijk kwam of die te veel Franse sympathieen had. Vanuit Brussel hield Du Bus regelmatig zijn vrouw en het Doornikse thuisfront op de hoogte van de gang van zaken.
Vervolgens was hij volksvertegenwoordiger van 1831 tot 1848, totdat de wet op de onverenigbaarheden hem deed kiezen voor zijn ambt als magistraat. Hij was een actief parlementslid dat over talrijke en uiteenlopende zaken tussenkwam in de openbare zittingen. Hij beklaagde zich over het feit dat het Doornikse
orangisme
de stad bleef beheersen:
Onze orangisten zijn onverbeterlijk en maken van alle hout pijlen
.
In 1832 was hij ook tot voorzitter benoemd van de rechtbank van eerste aanleg in Doornik en oefende dit ambt uit tot in 1867.
De Bus was een geleerde bibliofiel en wijdde studies aan de drukkerijen in het Doornikse. In 1846 werd hij medestichter van de Doornikse
Societe historique et litteraire
, die hij gedurende een kwarteeuw voorzat.
Vanaf 1873 werden sommige van zijn neven in de adelstand verheven en voegden ze 'de Warnaffe' bij hun naam. Onder hen onder meer burggraaf
Leon du Bus de Warnaffe
(1866-1933) en burggraaf
Charles du Bus de Warnaffe
(1894-1965). Behoorde eveneens tot dezelfde stam: burggraaf
Leonard du Bus de Gisignies
, die een deel van zijn jeugd doorbracht bij zijn voogd, de vader van Francois-Louis du Bus.
- Catalogue de la bibliotheque de Mr Francois du Bus, president honoraire du Tribunal de Tournai, dont la vente aura lieu le mardi 16 fevrier 1875
, Druk. E. Vanderhaeghen, Gent, 1875
- MATTHIEU,
Biographies du Hainaut
, Enghien, 1902, pp.218-219
- Leon DU BUS DE WARNAFFE,
Le Congres national d'apres la correspondance de Francois-Louis du Bus, membre dudit Congres
, in: Revue Generale, 1904
- Charles DU BUS DE WARNAFFE,
Au temps de l'unionisme
, 1944
- Oscar COOMANS DE BRACHENE,
Etat present de la noblesse belge
, Annuaire 1985, Brussel, 1985.
- Jean-Luc DE PAEPE & Christiane RAINDORF-GERARD,
Le Parlement belge, 1831-1894. Donnees biographiques
, Brussel, 1996.
- Els WITTE,
Het verloren koninkrijk. Het harde verzet van de Belgische orangisten tegen de revolutie. 1828-1850.
, Antwerpen, 2014, 170