De
bugel
of
flugelhorn
is een koperen
blaasinstrument
dat een belangrijk instrument is in
fanfare
-orkesten. Het instrument is gestemd in Bes of Es (sporadisch ook wel C) met drie
ventielen
. De totale lengte van de klankbuis is bij een bugel in Bes 130 cm en bij een bugel in Es 98 cm. De Es- en Bes-bugels zijn
transponerende instrumenten
.
De vorm van de bugel is geheel
conisch
voorbij het ventielhuis en heeft ruimere bochten dan de
trompet
. Daardoor heeft de bugel een veel zachtere, warmere en rondere klank. De bugel is een ontwerp van
Adolphe Sax
, die ook de
saxofoon
ontwierp. Adolphe Sax wilde een instrument dat op een
trompet
leek, maar een zachtere en warmere klank had.
De bugel heet in het
Frans
bugle
maar in het
Engels
flugelhorn
en moet niet verward worden met de Engelse
bugle
, die een signaalhoorn of
klaroen
is, zonder ventielen, waarop alleen natuurtonen gespeeld kunnen worden.
De bugel heeft in een
brassband
een bijzondere status, aangezien er maar een bugel deel van uitmaakt.
Zoals bij alle koperen blaasinstrumenten vindt de toonvorming bij de bugel plaats doordat de tegen het ketelvormig
mondstuk
aangespannen lippen bij aanblazen in
trilling
worden gebracht en zo de luchtkolom in het instrument in beweging brengen. Bij een juiste
lipspanning
kan een van de ongeveer zeven
natuurtonen
worden gespeeld. Door met een of meer ventielen de lengte van de
hoofdbuis
te verlengen, kunnen de leemten tussen elk van deze boventonen chromatisch dalend worden opgevuld. Het eerste, tweede en derde ventiel geven respectievelijk een hele, een halve en een anderhalve toon verlaging van de dichtstbijzijnde boventoon. De klankbeker versterkt de voortgebrachte
toon
.
Omdat niet alle tonen met behulp van de ventielen zuiver te treffen zijn, is bij veel bugels op de derde (en soms ook de eerste)
ventielbuis
een
trigger
geplaatst, die een variabele extra verlenging geeft om de toon zuiver te krijgen. Er bestaan ook bugels die, in plaats van het derde ventiel met een trigger, een vierde ventiel hebben. Dit is een
kwartventiel
. Hierdoor is een trigger overbodig en is het bereik in de laagte twee maal een kwart octaaf groter. De toonomvang wordt dan van Bes (contra-bes) tot de bes uit het tweegestreept-octaaf, zonder onderbrekingen.
Net als bij oudere pistons (kornetten) en bijvoorbeeld de Es-kornet is de bugel nog voor het ventielhuis voorzien van een
stembuis
om stemmen mogelijk te maken. Deze plaats zorgt ervoor dat het conische verloop van de bugel zo min mogelijk wordt verstoord. Bij moderne kornetten en trompetten zit deze stempomp pas verderop in het instrument, in de eerste bocht na het ventielhuis.
Het
bereik
van een
bes-trompet
is (in C-notatie) van e uit het groot-
octaaf
tot Bes (groot-bes) en van de e uit het klein-octaaf tot bes uit het tweegestreept-octaaf.
Strikt genomen is het bereik van de
bes-bugel
nog groter, want door de afwijkende bouw ervan is er een mogelijkheid de Bb onder de e-grootoctaaf te spelen.