Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De humane
farmacologie
of
geneesmiddelenleer
is
farmaceutische wetenschap
die zich richt op de interactie tussen
geneesmiddelen
en het menselijk lichaam.
[1]
In de farmacologie bestudeert men hoe
chemische stoffen
invloed hebben op en beinvloed worden door de
fysiologie
van een levend wezen.
Farmacologen bestuderen de biochemische eigenschappen, functies en effecten van medicijnen. Daarbij maken ze gebruik van inzichten uit de
chemische biologie
,
celbiologie
en klinische wetenschappen om te begrijpen hoe een geneesmiddel zijn weg vindt door het lichaam, hoe het binnen het lichaam wordt omgezet of verwerkt, en hoe het zijn effect uitoefent, zoals een verandering in de cellulaire
signaaltransductie
.
De klassieke farmacologie valt uiteen in twee deelgebieden: de
farmacokinetiek
en de
farmacodynamiek
. De farmacokinetiek beschrijft de wijze waar een geneesmiddel in het lichaam aan onderworpen wordt, zoals
absorptie
,
distributie
,
metabolisatie
en
excretie
. De farmacodynamiek beschrijft de wijze waarop geneesmiddelen invloed hebben op het lichaam, bijvoorbeeld aan welke
receptoren
of
enzymen
ze binden. De uitkomst van farmacokinetische en farmacodynamische processen, die zich gelijktijdig in het lichaam afspelen, bepalen uiteindelijk het
farmacologisch profiel
van een stof.
Iemand die onderzoek doet in de farmacologie wordt een farmacoloog genoemd. Deze heeft een
biomedische
opleiding en houdt zich bezig met het wetenschappelijk onderzoek naar de werking van geneesmiddelen of, als
klinisch farmacoloog
, met de keuze van de medicamenteuze therapie voor patienten.
Enkele bekende farmacologen zijn:
- ↑
Friedbichler, M., Friedbichler, I. & Eerenbeemt, A.M.M. van den (2009).
Pinkhof Medisch Engels.
Houten: Bohn Stafleu van Loghum.