De Maasbode
, opgericht als weekblad met 800 abonnees in 1868, was vanaf 1885 een te
Rotterdam
verschijnend landelijk
katholiek
dagblad
, na de
Tweede Wereldoorlog
als avondkrant.
De eerste hoofdredacteur was
J.W. Thompson
. Vanaf 1870 verscheen het blad drie keer per week, in 1885 werd het een dagblad. In 1889 werd Thompson opgevolgd door zijn zoon rector
M.A. Thompson
, priester, die een van de vertegenwoordigers van het katholieke
integralisme
in Nederland was. Met ingang van 1907 verscheen het blad in een ochtend- en avondeditie. M.A. Thompson werd in 1913 opgevolgd door rector R. van Reysen en deze in 1929 door Mgr. dr.
Jan Witlox
.
Tot de Tweede Wereldoorlog bleef
De Maasbode
het belangrijkste katholieke dagblad met 51.000 abonnees in 1938-1939, tegen
De Tijd
met 10.000 en
de Volkskrant
met 25.000 abonnees.
Aan het eind van de jaren vijftig en aan het begin van de jaren zestig kregen veel kranten te maken met meer concurrentie, hogere kosten en de noodzaak te investeren in nieuwe technische apparatuur. Per 1 april 1959 werd de Rotterdamse
NV De Maasbode
overgenomen door en samengevoegd met de landelijke, te Amsterdam verschijnende, katholieke avondkrant
De Tijd
(opgericht in 1845), die zich nu gedurende een aantal jaren
De Tijd / de Maasbode
noemde. Beide avondbladen bezaten een conservatief-katholieke signatuur en waren meer georienteerd op de welgestelde en meer ontwikkelde, financiele en intellectuele katholieke bovenlaag, terwijl de katholieke ochtendkrant
de Volkskrant
, pas opgericht na de Eerste Wereldoorlog, gelieerd was met de Katholieke Arbeidersbeweging (
KAB
), het latere
Nederlands Katholiek Vakverbond
(NKV). (
De Volkskrant
werd vanaf 1919 uitgegeven als weekblad van de KAB. Vanaf 1920 verscheen de krant om de dag en ten slotte vanaf 1921 als dagblad.)
Sinds 1966 (kort nadat
Joop Lucker
hoofdredacteur geworden was) heette de
De Tijd / de Maasbode
weer gewoon
De Tijd
. Als gevolg van de
ontzuiling
nam het aantal abonnees van
De Tijd
af, waardoor dit blad in 1974 moest worden omgezet in een weekblad. Dit weekblad ging vervolgens in 1990 samen met het weekblad
Haagse Post
op in het nieuwe opinieweekblad
HP/De Tijd
, dat sinds 2012 een maandblad is.
Vanaf 1903 tot in 1940 was
Henri Kuijpers
de algemeen directeur. Zijn broer
Johan Kuijpers
volgde hem in 1945 na de oorlog op. Andere noemenswaardige medewerkers waren:
Alphons Hustinx
(1900-1972) en
Uri Nooteboom
(1903-1945). Uit de jaren 50, om nog een willekeurige naam te noemen:
Martin W. Duyzings
(Valkenburg 1916-1997), een kundig sportredacteur die voor
De Maasbode
onder meer veelgelezen reportages maakte over de
Tour de France
.
Op het oog ondergeschikte zaken kunnen soms toch ook wat over het karakter van een krant zeggen. Een aardig detail is het, dat
De Maasbode
al kort na de oorlog een Amerikaanse
stripserie
publiceerde, geimporteerd via
King Features Syndicate
, waarin de held onder meer bij de bereden Canadese politie optrad. Deze strip,
Tim Tyler
, was van striptekenaar
Lyman Young
(1893-1984), maar later nam diens zoon
Bob Young
de strip over. Een dergelijke meer volwassen, zelfs buitenlandse strip uit de
nieuwe wereld
was toen nog een betrekkelijk nieuw fenomeen voor een Nederlands dagblad.
- Vermeulen, Hans:
De Maasbode. De bewogen geschiedenis van 'de beste courant van Nederland'.
Zwolle: Waanders, 1994.
Landelijke Nederlandse dagbladen