Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De
Confessiones
(nl:
Belijdenissen
) van
Augustinus van Hippo
(354-430) is een
autobiografisch
boek
met dertien hoofdstukken, geschreven tussen
397
en
398
na
Christus
. Tegenwoordig wordt het boek meestal uitgegeven onder de titel
Belijdenissen van St. Augustinus
, ter onderscheid van andere werken met vergelijkbare titels, zoals bijvoorbeeld de
Bekentenissen
van
Jean-Jacques Rousseau
, die zich voor de titel liet inspireren door Augustinus.
De Confessiones gaan over de zondige jeugd van Augustinus en zijn
bekering
tot het
christendom
. De opzet is protreptisch, dat wil zeggen dat de lezer zich met de wederwaardigheden van Augustinus dient te identificeren, een voorbeeld neemt aan Augustinus' ontwikkeling en aldus zelf ook de weg tot het ware geloof kan vinden.
[1]
De eerste negen hoofdstukken vormen een min of meer aaneengesloten autobiografie; de laatste hoofdstukken lijken daarvan meer los te staan. Het werk wordt algemeen beschouwd als de eerste westerse, christelijke autobiografie en stond model voor christelijke schrijvers gedurende het volgende
millennium
, waaronder de gehele
middeleeuwen
. De autobiografie is niet compleet; ze werd geschreven toen Augustinus een veertiger was en daarna leefde hij nog ruim dertig jaar. Wel biedt het boek een ononderbroken overzicht van het tot stand komen van zijn
filosofische
en
theologische
inzichten. De
Confessiones
is het meest omvattende werk over het leven van enig persoon uit de
4e
of
5e eeuw
. Augustinus schreef later onder andere nog
De civitate Dei
(
de stad Gods
). Beide boeken zijn theologische werken van grote betekenis.
- Augustinus' jeugd tot vijftienjarige leeftijd;
- De opkomst van zijn slechte vriendenkring, die hem tot diefstal leidde en tot het toegeven aan wellustige verlangens;
- Zijn studie te
Carthago
, zijn bekering tot het
Manicheisme
en zijn doorlopende toegeven aan verleiding tussen zijn 16e en 19e;
- Het verlies van een van zijn vrienden en zijn bestudering van
Aristoteles
tussen 20 en 29 jaar;
- Zijn verlaten van het
manicheisme
onder invloed van St.
Ambrosius
te
Milaan
toen hij 29 was;
- Zijn overgang naar het
katholicisme
onder invloed van St. Ambrosius toen hij 30 was;
- De groei van zijn begrip van God toen hij 31 was;
- Zijn bekering tot het christendom op 32-jarige leeftijd en zijn leer onder
Simplicianus
aangaande de bekering van anderen;
- Zijn doop toen hij 33 was, het definitief opgeven van zijn openbare functie in de retoriek en de dood van zijn moeder
Monica
en van zijn vrienden Nebridius en Verecundus;
- Voortgaande overdenkingen over de waarde van bekeringen en de werking van het
geheugen
;
- Overpeinzingen over
Genesis
;
- Meer overpeinzingen aangaande Genesis; en
- Een zoektocht naar de betekenis van Genesis en de
Drie-eenheid
In 1928 publiceerde de classicus
Alexander Sizoo
zijn vertaling van de Confessiones die vele malen is herdrukt. In 1954 verscheen een vertaling van de theoloog P. van Baaren. Een latere vertaling, van de hand van
Gerard Wijdeveld
, is sinds 1963 in verschillende herdrukken verschenen.
[2]
De jongste vertaling werd gemaakt door Wim Sleddens
O.S.A.
,
Aurelius Augustinus
,
Belijdenissen
(Confessiones), Damon Budel 2009,
ISBN 9789463404280
- inleiding, vertaling, aantekeningen en bijbelplaatsenregister.
Bronnen, noten en/of referenties
- ↑
(
en
)
Math Osseforth
(2017).
Friendship in Saint Augustine's Confessions
, pp.17-20; 263-6.
- ↑
Belijdenissen / vert. G. Wijdeveld
.
augustinus.nl
. Gearchiveerd op
15 augustus 2022
. Geraadpleegd op
15 augustus 2022
.
|