Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Vergadering van het college van burgemeester en wethouders van
Batavia
in 1930, met in het midden burgemeester Meijroos.
Het
college van burgemeester en wethouders
(dikwijls
het wethouderscollege
,
het college van B en W
of nog korter
B en W
genoemd) vormt het
dagelijks bestuur
van een
Nederlandse gemeente
. Het wethouderscollege wordt in de bijzondere gemeenten van
Caribisch Nederland
aangeduid als
Bestuurscollege
.
Het college kan worden vergeleken met een gemeentelijke regering, met dit verschil dat de
wethouders
niet worden benoemd, maar door de leden van de
gemeenteraad
worden gekozen.
De positie van de
burgemeester
is overigens anders dan die van de wethouders; zo wordt hij of zij benoemd (door de regering op voordracht van de gemeenteraad).
Sinds de invoering (maart 2002) van het zogenoemde
dualistische
systeem kunnen wethouders ook van buiten de gemeenteraad worden voorgedragen, gekozen en aangesteld.
Verder heeft de invoering hiervan tot gevolg gehad dat de wethouder geen lid meer is van de gemeenteraad en dus ook geen stemrecht meer heeft in de gemeenteraad. In het vroegere
monistische
systeem waren de wethouders wel lid van de gemeenteraad.
Nadat er gemeenteraadsverkiezingen zijn geweest, vindt een
collegevorming
plaats. Ook wordt er een werkverdeling gemaakt waarbij ieder collegelid een aantal taken krijgt te behartigen, een
portefeuille
genaamd.
De burgemeester staat niet
hierarchisch
boven de wethouders. Wel is hij of zij voorzitter van het college van B en W en heeft hij of zij een
doorslaggevende stem
wanneer de stemmen staken.
Het college van B en W opereert als een collectief, dat wil zeggen dat ze gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het door eenieder van hen gevoerde beleid.
Volgens de
Gemeentewet
bedraagt het aantal te benoemen wethouders ten hoogste twintig procent van het aantal gemeenteraadsleden (afgerond naar het dichtstbijzijnde gehele getal) met een minimum van twee. In gemeenten tot en met 18.000 inwoners is het wethouderschap een deeltijdbetrekking. In grotere gemeenten, waar het wethouderschap een volledige betrekking is, kan de gemeenteraad besluiten een of meer wethouders in deeltijd aan te stellen; als dit het geval is, bedraagt het aantal te benoemen wethouders ten hoogste vijfentwintig procent van het aantal gemeenteraadsleden.
De
gemeentesecretaris
, die het hoofd is van de
ambtelijke organisatie
, staat het college van B en W ambtelijk bij. De gemeentesecretaris wordt door het college van B en W benoemd.