Een boomholte in een
eik
Een
boomholte
is een holte in de stam of een tak van een boom die ontstaan is door vergroeiing of doordat gaten in de
bast
het onderliggende
hout
blootleggen. Boomholtes zijn belangrijk voor veel diersoorten die deze gebruiken als slaap- schuil of nestplaats.
Een boomholte ontstaat vaak in blootliggend
hout
Boomholten komen zowel in levende als in dode bomen voor. Sommige boomholten zijn uitgehakt door
vogels
,
primaten
of andere dieren die op zoek zijn naar voedsel of een onderkomen willen maken. Andere boomholten zijn vanzelf zo gegroeid of zijn begonnen als een gat in de
bast
. Dergelijke gaten ontstaan onder andere door het afbreken van takken,
blikseminslagen
en aantasting door
schimmels
,
bacterien
of
insecten
. Doordat een gedeelte van de bast is verwijderd, heeft het onderliggende
hout
geen bescherming meer tegen de weersinvloeden en verdere aantasting door allerlei organismen.
Wanneer de boom nog groeit zal het gat nog verder vervormen en uitgroeien. De boomholten in
eucalyptusbomen
bijvoorbeeld, die vaak vanzelf in de bast groeien, kunnen na meer dan honderd jaar uitgroeien tot geschikte onderkomens voor kleine zoogdieren.
De
zwarte specht
maakt elk jaar een nieuwe boomholte
Boomholten worden door een grote verscheidenheid aan diersoorten gebruikt als nest-, berg-, slaap- of schuilplaats. Ook worden boomholten gebruikt als beschutting tegen de zon of weersinvloeden. Dieren kiezen een boomholte op een aantal factoren, zoals de grootte en vorm van de ingang, de diepte van de holte en de hoeveelheid isolatie die het biedt. Ideale boomholten kunnen leiden tot concurrentie tussen de bewoners en andere dieren.
Uilen
,
neushoornvogels
,
papegaaien
,
spechten
en veel andere vogels kiezen een boomholte als onderkomen of als nest voor hun nakomelingen. De
zwarte specht
bijvoorbeeld hakt elk jaar een nieuwe boomholte om er zijn jongen in groot te brengen. De gebruikte boomholte van het vorige jaar wordt dan gebruikt door andere vogelsoorten of door kleine zoogdieren, zoals
marters
of
eekhoorns
.
[1]
Andere dieren die boomholtes gebruiken zijn bijvoorbeeld
vleermuizen
,
buideldieren
en
halfapen
, alsook allerlei
amfibieen
,
reptielen
en
geleedpotigen
.
Kikkersoorten als
Metaphrynella sundana
gebruiken met water gevulde boomholten als onderkomens voor hun kikkervisjes
Wanneer een boomholte zich vult met (regen)water, fungeert het als een
phytotelma
, een waterreservoir in een landplant. Dergelijke phytotelmata spelen een rol in de ecologie van diverse planten- en diersoorten. Verschillende amfibieen leggen hun eieren in een onder water gelopen boomholte, waar zij betrekkelijk veilig zijn voor predatie. Ook
steekmuggen
,
dansmuggen
,
knutten
en andere
muggensoorten
gebruiken phytotelmata voor hun eerste levensstadia.
Boomholten spelen voor een groot aantal diersoorten een belangrijke ecologische rol. Hiertoe behoren ook veel diersoorten die op de
Rode Lijst van de IUCN
voorkomen. In
Zweden
bijvoorbeeld is bijna de helft van de bedreigde diersoorten afhankelijk van boomholten.
Ontbossing
vormt daar een grote bedreiging.
Verschillende diersoorten maken gebruik van alternatieven voor hun verdwenen boomholten, zoals ventilatiegaten of de ruimte onder dakpannen. Ook maken diverse tuinvogels gebruik van
nestkasten
, kunstmatige nestplaatsen met een op hun afgestemde grootte van het vlieggat.
[2]