Antonio Alessandro Boncompagno Stradella
(
Bologna
,
3 juli
1639
?
Genua
,
25 februari
1682
) was een
Italiaans
componist
,
zanger
en
violist
.
Zijn familie, behorende tot de lagere adel, was oorspronkelijk afkomstig uit
Toscane
en verhuisde eerst naar Nepi en later naar
Rome
(
1667
). Een grootoom van Alessandro met naam Alessio Stradella was Curieprelaat en Bisschop van Sutri en Nepi. Zijn eerste muziekles kreeg hij van zijn vader Cavaliere Marc'Antonio Stradella en van zijn moeder Vittoria Bartoli. Al in 1655 werkt hij mee bij een oratoriumuitvoering in de kerk
San Marcello del Crocifisso
. Later had hij wel een langer verblijf in
Bologna
, omdat men van hem ook spreekt als "il Signor Bolognese". Vermoedelijk heeft hij ook gestudeerd bij de Domkapelmeester aan
San Petronio
, ene Signore Cazzati. Aansluitend vertrekt hij naar Rome. In Rome kreeg hij zijn eerste compositieopdrachten en behoorden de meest illustere leden van de Romeinse aristocratie tot zijn opdrachtgevers, zoals Lorenzo Onofrio Colonna.
In 1667 trad hij in dienst bij koningin
Christina I van Zweden
. Tot zijn plichten als
servitore de camera
behoorden ook het componeren van geestelijke vocale muziek (oratoria, cantates - "Chare Jesu Suavissime" tot het feest van de Heilige
Filippo Neri
- en passies). In de tijd tot 1677 ontstaan ook de grote oratoria
San Giovanni Battista
,
San Pelagia
en het (verloren)
Vastenoratorium voor San Marcello
. Opdrachtwerken van de aristocratie zoals de cantate
La Circe
in mei 1667 bij de benoeming tot kardinaal van
Leopoldo di Medici
, plaatsten Stradella al spoedig in het centrum van het Romeinse muziekleven. Al gauw breidde hij zijn terrein uit naar het theater, waarvoor hij opera's, serenades en andere werken componeerde. Hij maakte naam als componist en na Rome, werden zijn werken in de meeste belangrijke steden van Italie opgevoerd.
Maar zijn roem werd overschaduwd door zijn betrokkenheid bij allerhande louche zaken. In
1669
moest hij Rome verlaten, vanwege zijn aandeel in een complot om geld van de Kerk te verduisteren. Als huwelijksmakelaar, moest hij in
1677
de stad nogmaals ijlings verlaten, nadat hij een huwelijk gearrangeerd had voor de nicht van kardinaal Cibo.
Na een kort verblijf in Florence, ging hij naar Venetie en kwam hij weer in de problemen vanwege een affaire met Agnese Van Uffelte, de maitresse van de Venetiaanse edelman Alvise Contarini.
Achtervolgd door Contarini's huurmoordenaars vluchtte hij met Agnese naar
Turijn
. Hoewel zijn achtervolgers hem onderweg te pakken kregen, wist hij zwaargewond te ontkomen en werd hij onder de hoede genomen van de Franse regentes in Turijn, Maria Johanna, wat ontaardde in een diplomatieke rel tussen de
Venetiaanse republiek
en de zonnekoning van Frankrijk,
Lodewijk XIV
.
Hersteld van zijn verwondingen besloot hij naar Genua te gaan (
1678
), waar enkele edellieden hem een goed salaris boden, onder voorwaarde zich blijvend te vestigen in Genua en exclusief voor hen muziek te componeren. In Genua schrijft hij onder de patronage van rijke adellijken zijn laatste groot werken (instrumentale muziek, het oratorium
Susanna
).
In
1682
raakte hij weer betrokken in een schandaal, ditmaal met een vrouw afkomstig uit de Genese adel, wat hij met de dood moest bekopen; hij werd op 25 februari 1682 op de Piazza Bianchi neergestoken door een huurmoordenaar.
In zijn ambivalente natuur personifieerde Stradella het type van de rusteloze vroegbarokke "genio" (
Caravaggio
!). Zijn muzikale betekenis ligt vooral in de dramatische en harmonische verbreding van het oratorium. Zijn nieuwe, gedeeltelijk sterk dissonante harmonieen, zijn melodische verwerking van de wereld van gevoelens en niet als laatste zijn definitieve verbreding van het
Oratorio volgare
tot een geestelijke opera legden de basis voor zijn buitengewone populariteit tot wijd in de 19e eeuw (
San Giovanni Battista
, de toegeschreven aria
Pieta, o Signore
).
In zijn "oratorium volgare"
Johannes de Doper
op een Italiaanse tekst deelt hij een achtstemmig strijkersensemble op in een concertino en een concerto grosso en wijst daarmee al naar de
Concerti grosso
van
Arcangelo Corelli
vooruit, die als violist bij de premiere van Stradella's oratorium meegespeeld heeft. Of Stradella daarom inderdaad ook als "uitvinder" van het
Concerto grosso
kan aangezien worden, blijft omstreden.
De Romantiek van de 19e en 20e eeuw verwerkte het leven van Stradella in romans en als ideaal libretto voor een opera
Louis Abraham de Niedermeyer
en
Friedrich Adolf Ferdinand Freiherr von Flotow
. Een objectief inschatten van werk en persoonlijkheid van Stradella werd daardoor tot heden bemoeilijkt. In ieder geval is hij een van de hoofdvertegenwoordigers van de muziek uit de Romeinse vroege barok geweest.
- Concerto grosso in D-groot
- Prologo e Intermezzi di ?Scipione affricano“
, voor orkest (opgedragen aan Koningin Christina van Zweden)
- Sinfonia avanti il Barcheggio in D-groot
, voor trompet, strijkers en basso continuo
- Spiritoso, e staccato
- (Aria)
- (Canzone)
- (Aria)
- Sinfonia in a-klein
- Sinfonia avanti il Damone in g-klein
- Sinfonia Nr. 17
, voor 2 violen en basso continuo
- Sinfonia Nr. 22
, voor Chitarrone, viool, bas viola da gamba en klavecimbel
- Sonata a quattro in D-groot
- Sonata in D-groot
, voor trompet en strijkorkest
- Allegro
- Aria
- Canzona
- Aria
- Sonata di Viole
, voor 2 violen, luit, strijkers en basso continuo
- Symphonia in F-groot
- Missa: "Ad te clamamus", voor 16 stemmen en basso continuo
- 1675
San Giovanni Battista
, oratorium voor twee sopranen, alt, tenor en bas en orkest
- 1681
San Pelagia
, oratorium
- 1681
-
1682
La Susanna
, oratorium voor vijf stemmen, 2 violen en basso continuo - libretto:
Giovanni Battista Giardini
- Ester, liberatrice del populo ebreo
, oratorium
- San Crisostomo
, oratorium
- San Editta, vergine e monaca, regina d'Inghilterra
, oratorium
- Vastenoratorium voor San Marcello
, oratorium
- 1665
Cantata: "Amanti, ola, ola!"
, cantate voor zeven stemmen en orkest - (opdracht van Prinses Marina Mancini Colonna)
- 1667
La Circe
, cantate ter gelegenheid van de benoeming van Leopoldo de Medici tot kardinaal in
Frascati
- Cantata per la Notte del Santissimo Natale - "S'apra al riso ogni labro"
, kerstcantate
- Cantata per il Santissimo Natale: “Ah! troppo e ver che sempre”
, kerstcantate
- Cantata "Aure, voi che spirate"
, cantate
- Cantata "Per L'anime Del Purgatorio"
, cantate
- Cantata "Si salvi chi puo"
, cantate voor sopraan en basso continuo
- Cantate a voci miste
, cantate (samen met:
Agostino Steffani
)
- Crocifissione e Morte di Nostro Signore Gesu Christo
, cantate voor alt solo en orkest
- Crudo mar
, cantate
- Chare Jesu Suavissime - tot het feest van de Heilige
Filippo Neri
, cantate voor sopraan, alt en orkest
- Da cuspide ferrate
, cantate
- Disperata rimembranza
, cantate
- Esule dalle sfere
, cantate
- Forsennato pensier, che far poss'io
, cantate
- Fulmini quanto sa quel sembiante lusinghiero
- Furie del nero Tartaro
, cantate
- Gia languiva la notte
, cantate
- L'avete fatta a me!
, cantate
- Lamentatione per il Mercoledi Santo
, cantate voor alt en orkest
- Noiosi pensieri
, cantate
- O mio cor, quanto t'inganni
, cantate
- Il piu misero amante
, cantate
- Presso un rivo ch'avea
, cantate
- Quando stanco dal corso in grembo a Teti
, cantate
- Se Nerone lo vuole
, cantate
- Ave regina caelorum
, motet voor twee stemmen en basso continuo
- Benedictus Dominus Deus
, motet voor sopraan, alt en basso continuo
- Convocamini, congregemini
, motet voor zes stemmen, 2 violen en basso continuo
- Dixit angelis suis
, motet voor zang en basso continuo
- Et egressus est a filia Sion
, motet voor zang en basso continuo
- Exultate in Deo fideles
, motet voor zang en basso continuo
- In tribulationibus
, motet voor vijf stemmen, 2 violen en basso continuo
- Laudate Dominum
, motet voor zes stemmen en basso continuo
- Locutus est Dominus
, motet voor zang, 2 violen en basso continuo
- Lux perpetua
, motet voor zes stemmen en basso continuo
- Nascere virgo
, motet voor drie stemmen en basso continuo
- O majestas aeterna
, motet voor twee stemmen en basso continuo
- O vos omnes qui transitis per viam
, motet voor alt, 2 violen en basso continuo
- Pereat humanitas
, motet voor vijf stemmen, twee violen en basso continuo
- Plaudite vocibus
, motet voor zang en basso continuo
- Pugna certamen
, motet voor 4 stemmen en instrumenten
- Sinite lacrimari - ≪de Immaculata Conceptionis≫
, motet voor drie stemmen, twee violen en basso continuo
- Sistite sidera
, motet voor zang, 2 violen en basso continuo
- Surge cor meum
, motet voor zang en basso continuo
- Tantum Ergo
, motet voor 2 stemmen en basso continuo
Voltooid in
|
titel
|
aktes
|
premiere
|
libretto
|
1665
|
Amanti, ola, ola! (L'accademia d'Amore)
|
2 aktes
|
1665
,
Rome
, Palazzo (Teatro) Colonna
|
Gian Pietro Monesio
|
1666
|
Reggetemi, non posso piu
|
|
1666
, Rome
|
|
1668
|
Il Girello (La Circe)
|
|
1668
,
Frascati
|
Filippo Acciaiuoli
en
Giovanni Filippo Apolloni
|
1668
|
O di Cocito oscure deita
|
|
1668
, Rome, Palazzo (Teatro) Colonna
|
|
1668
|
Soccorso, aita, ohime
|
|
1668
, Rome, Palazzo (Teatro) Colonna
|
|
1668
|
Che nuove, o ragionevoli
|
|
1668
,
Aken
|
|
1668
|
Con meste luci
|
|
1668
, Rome
|
|
1668
|
E dovro dunque in solitaria stanza
|
|
|
|
1668
|
Lasciai di Cipro il soglio
|
|
1668
, Rome
|
|
1668
|
Chi me l'havesse detto
|
|
1668
, Rome
|
|
1671
|
Amanti, che credete
; 2e versie:
Scipione Africano
|
|
8 januari
1671
, Rome, Teatro Tordinona
|
Giovanni Filippo Apolloni
|
1671
|
Chi mi conoscera
|
|
1671
, Rome, Teatro Tordinona
|
|
1671
|
Dormi, Titone, addio
|
|
1671
, Rome, Teatro Tordinona
|
|
1671
|
Fermate, homai
|
|
1671
, Rome, Teatro Tordinona
|
|
1671
|
Questo e il giorno prefisso
|
|
1671
, Rome, Teatro Tordinona
|
|
1671
|
Su, su, si stampino
|
|
1671
, Rome, Teatro Tordinona
|
|
1671
|
La Laurinda
of
Il Biante
|
3 aktes
|
5 februari
1671
,
Rome
, Palazzo (Teatro) Colonna
|
Augustin Eugene Scribe
en
Melesville
, pseudoniem van:
Anne-Honore-Joseph Duveyrier
|
1672
|
Aita, numi, aita
|
|
1672
, Rome, Teatro Tordinona
|
|
1672
|
O ve', che figurace
|
|
12 februari
1672
, Rome, Teatro Tordinona
|
Filippo Acciaiuoli
|
1674
|
Lo Schiavo liberato
|
2 aktes
|
1674
Sabbioneta
, Teatro Olimpico dello Scamozzi
|
Sebastiano Baldini
|
1675
|
Su, miei fiati canori
|
|
1675
,
Modena
|
|
1677
|
Il Damone
|
2 aktes
|
1677
, Rome
|
Sebastiano Baldini
|
1678
|
La forza dell'amor paterno
|
3 aktes, 17 scenes
|
10 november
1678
,
Genua
, Teatro Falcone
|
Nicolo Minato
|
1678
|
Le gare dell'amor eroico
|
3 aktes
|
1 januari
1679
, Genua, Teatro Falcone
|
Nicolo Minato
|
1678
-
1679
|
Il Trespolo tutore
|
3 aktes
|
30 januari
of
31 januari
1679
, Genua, Teatro Falcone
|
Giovanni Battista Picciardi
en
Giovanni Cosimo Villifranchi
|
1679
|
La ruina del mondo
|
|
1679
, Genua
|
|
1681
|
Il Barcheggio (Water-Muziek)
|
2 aktes
|
16 juni
1681
, Genua
|
|
1681
|
Dal luminoso impero
|
|
1681
, Modena
|
|
1681
|
Il Moro per amore
; ook bekend als:
Il Floridoro
|
3 aktes
|
1695
, Rome, Teatro Capranica
|
Flavio Orsini
"Filosinavoro"
|
1688
|
"La rosaura
|
|
1688
, Rome, Palazzo Doria Pamphili (Teatro Pamphili)
|
|
|
Il Corispero
|
3 aktes
|
|
|
|
Mutio Scevola
|
|
Minato
|
|
- Chi resiste al dio bendato
, voor twee sopranen, bas en orkest
- Clori son fido amante
- Piangete, occhi dolenti
- Pieta, o Signore
, aria
- Pupilette amorose
- Ragion sempre addita
- Se amor m'annoda il piede
- Se nel ben sempre incostante
- Tirsi un giorno piangea
, voor vijf stemmen
- Air d'eglise
, voor althobo en orgel
- Sinfonia in D-groot
, voor viool, cello en basso continuo
- Trio Sonatas
- Alessandro Stradella:
Opera omnia. Cantate Sacre. Serie I, Cantate: vol. 20
. Edizioni ETS, Pisa, 2004, pp. 348,
ISBN 88-467-1023-1
- Alessandro Stradella:
Instrumental music
, editor: Elea McCrickard, Volk-Verlag Gerig, Koln, 1980, 284 p.,
ISBN 3-89007-179-1
- Gian C. Pitoni:
Notizia de' contrapuntisti e de' compositori di musica
, manuscript, Bibliotheka Vaticana, 1725
- Gino Roncaglia:
Le composizioni vocali di Alessandro Stradella
, in: RMI XLV, 1941, pp. 133 ff. en XLVI, 1942, pp. 1 ff.
- Domenico Alaleona:
Studi sulla storia del oratorio musicale in Italia
, 1945
- Carolyn Gianturco:
The oratorios of Alessandro Stradella
in: Proceedings of the Royal Musical Association 101 (1974/75), pp. 45 ff.
- Ursula Maria Ramisch:
Die Entstehung des Romischen Oratoriums
, Diss. Augsburg, 1991
- Andrea Garavaglia:
Alessandro Stradella
, Constellatio musica 13, 2006, pp. 224,
ISBN 88-8302-295-5
- Remo Giazotto:
Vita di Alessandro Stradella - opere teoretiche e critica musicale
, Edizioni Curci, Milano