Achilles Josephus Mussche
(
Gent
,
12 augustus
1896
? aldaar,
30 augustus
1974
) was een
Vlaams
dichter,
essayist
en (toneel)schrijver.
Hij was een bekende sociaal geengageerde schrijver, wiens werk tot het
expressionisme
gerekend wordt. Alleszins werd hij literair actief in de
jaren twintig
, aanvankelijk als
lyricus
. Hij was van bescheiden komaf: zijn ouders waren arbeiders uit een arme buurt van
Gent
, in die tijd een stad van zware industrie en textielnijverheid. Hij ging in 1911 naar de
normaalschool
in Gent, waar hij samen met
Maurice Roelants
in de klas zat. Tijdens de
Eerste Wereldoorlog
studeerde hij voor onderwijzer; in 1918 werd hij
regent
. Als docent Nederlands bleef hij actief aan de normaalschool, ook tijdens de
Tweede Wereldoorlog
, en werd in 1948 tot onderwijsinspecteur benoemd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hij als verzetslid actief; hij werd nadien voorzitter van het
Vermeylenfonds
.
Zijn eerste dichtbundel,
De twee vaderlanden
, werd in 1928 met de
August Beernaertprijs
bekroond, en in 1929 nogmaals met de
Staatsprijs voor Poezie
. Uit het werk spreekt een streven naar
humanisme
, een verzoening tussen de chaotische, grauwe werkelijkheid en de menselijke verzuchting het eeuwig-goddelijke te mogen ervaren. In die zin is de vroege Mussche wellicht veeleer een
romanticus
dan een expressionist.
Mussche publiceerde een aantal leerboeken, waaronder
Nederlandse poetica
, die als standaardwerken voor het onderwijs werden gebruikt: hij gold als iemand met bijzondere pedagogische bekwaamheid. Van 1945 tot 1970 zetelde hij in de redactie van het
Nieuw Vlaams Tijdschrift
. Hij schreef tevens enkele bekende biografische monografieen, onder andere over
Cyriel Buysse
en
Herman Gorter
, in een heldere en duidelijke taal. Mussche had een sterke interesse voor de geschiedenis van het proletariaat in de
Industriele revolutie
, en schreef in 1950 hieromtrent de historische roman
Aan de Voet van het Belfort
, die zich in Gent afspeelt. (met een houtsnede van
Frans Masereel
over
Edward Anseele
). Later schreef hij nog een roman over
Rosa Luxemburg
.
In 1954 schreef Mussche zijn belangrijkste toneelstuk,
Christoffel Marlowe of er is een duivel te veel
. De figuur van
Marlowe
wordt hier met die van
Shakespeare
gecontrasteerd: terwijl Shakespeare de beredeneerde, beheerste denker voorstelt, symboliseert Marlowe de genieter, de romantische vagebond die erop los leeft en in wezen een
atheist
is, vandaar 'de duivel', de
Faust
die in Marlowe zelf huist. Mussche beklemtoonde dat zijn stuk geen historisch drama is; de figuur van Marlowe, voor wie hij uiteindelijk partij lijkt te kiezen, vertoont bepaalde karaktertrekken van Mussche zelf. Dit toneelstuk leverde hem in 1956 de
Nestor De Tiereprijs
op: een jaar later werd hij voorzitter van de
Vereniging van Vlaamse Letterkundigen
, een post die hij bekleedde tot 1968.
De latere lyriek van Mussche leek vormelijk weer ietwat conservatiever te worden; het is dus al bij al moeilijk hem een volbloed expressionist te noemen, in zoverre dat betekent dat hij zich met experiment bezighield. Thans doet zijn werk enigszins ouderwets aan; het gebruik van
vrij vers
draagt zeker bij tot het feit dat zijn
Marlowe
niet meer opgevoerd wordt. Mussches werk vertegenwoordigt allicht de laatste fase van een twintigste-eeuwse neo-realistische (of post-expressionistische) stroming; hij is niet meer meegegaan in het
postmodernisme
. Dankzij zijn maatschappelijk engagement en pedagogische ijver is hij evenwel in de klassieke Vlaamse literatuur opgenomen.
- 1917
Daneelken en de Paus
- 1927
De twee vaderlanden
(
poezie
)
- 1929
Cyriel Buysse
(
biografie
)
- 1934
Conflicten en meditaties
(
essay
)
- 1936
Gent en zijn etser-tekenaar De Bruycker
(biografie)
- 1938
Koraal van den dood
(poezie)
- 1946
Herman Gorter, de weinig gekende
(biografie)
- 1948
Nederlandse poetica
(leerboek)
- 1949
De Broeder van Hamlet, drie nieuwe monologen
- 1950
Aan de voet van het belfort
(
roman
)
- 1954
Christoffel Marlowe of er is een duivel te veel
(
toneel
)
- 1961
Gedenksteen voor Rosa
(roman)
- 1964
Reinaert de Vos
- 1968
Langzaam adieu
(poezie)
- Jeroen CORNILLY,
Aan de voet van het Belfort. Een socialistische bestseller
, in:Zuurvrij, Juni 2019.
Bronnen, noten en/of referenties
- Achilles Mussche (1957),
Christoffel Marlowe of er is een duivel te veel. Met aantekeningen door Paul van Keymeulen
. Antwerpen:
Uitgeverij Ontwikkeling
.
|
- ↑
Regenboog. Nr.1 Verluid
.
lib.ugent.be
. Geraadpleegd op
31 augustus 2020
.